63
Jp
En
De
Fr
Es
Se
Ru
Nl
It
Ck
Ch
Kr
Als de zonnekap niet correct is bevestigd, kan er vignettering voorkomen.
Om het vastmaken of verwijderen van de zonnekap te vergemakkelijken,
neemt u deze aan de basis vast (bij het verbindingsstuk van de zonnekap)
in plaats van aan de buitenste rand.

De kap losmaken

Houdt de zonnekap vast bij de basis (bij het verbindingsstuk van de
zonnekap) en draai rechtsom, gezien vanuit het standpunt wanneer u de
camera vasthoudt met het objectief weg van u gericht, om los te maken.
Scherpstellen, zoomen en scherptediepte
Voordat u scherpstelt, draait u aan de
zoomring
5
om de
brandpuntsafstand aan te passen
totdat de gewenste compositie wordt
weergegeven in de beeldzoeker.
Indien uw camera beschikt over
een voorbeeldknop of -hendel
(stop-beneden), kunt u de
scherptediepte zien door de zoeker van de camera. Raadpleeg
de
Gebruikshandleiding
van uw camera voor meer informatie.
Dit objectief is uitgerust met het Internal Focusing-systeem (IF).
Aangezien dit scherpstelsysteem verschilt van niet-IF-objectieven,
wordt de brandpuntsafstand iets kleiner bij kleinere afstanden
.
Scherpstellen (fig. A)

Automatische scherpstelmodus

Stel de scherpstelmodus van het fototoestel in op AF-A,
AF-S of AF-C en stel de A-M-modusschakelaar
a
van
het objectief in op
A
. Druk de ontspanknop half in om
scherp te stellen en volledig om een opname te maken.

Manuele scherpstelmodus

Stel de A-M-modusschakelaar
a
op het objectief in op
M
. Draai manueel aan de scherpstelring
8
om scherp te
stellen. U kunt fotograferen wanneer de scherpstelmodus
van het fototoestel is ingesteld op AF of op M.
Raadpleeg uw Gebruikshandleiding voor meer
informatie over de scherpstelmodi van het fototoestel.

Goede resultaten met autofocus

Zie “Opmerkingen over het gebruik van de groothoek of
de supergroothoek van de AF Nikkor-objectieven” (P. 67).
Handmatige scherpstelling is mogelijk zelfs wanneer de schakelaar
voor de A-M-selectie van het objectief is ingesteld op
A
.
Zet de scherpstelstand van de camera op AF-S en druk de
ontspanknop half in om de autofocus te activeren. Terwijl u de
ontspanknop half indrukt, draait u handmatig aan de scherpstelring
van het objectief
8
om de scherpstelling nauwkeurig te regelen.
Opmerking:
probeer niet aan de scherpstelring te draaien
terwijl autofocus actief is. Indien autofocus
stopt met werken, laat dan de ontspanknop
los en druk deze opnieuw half in.
Schakelaar A-M-
selectie objectief
a
Scherpstelmodus van het fototoestel
AF-A/AF-C AF-S M
A Autofocus
Autofocus (manueel
scherpstellen)
MManueel scherpstellen
(AF-hulpverlichting is beschikbaar)