BENAMING EN FUNCTIE VAN DE BEDIENINGSORGANEN
13EFFECT toets
Gebruik deze toets om het EFFECT scherm te openen.
14UTILIT toets
Gebruik deze toets om het UTILITY scherm te openen (blz. 25).
15Draaikeuzeknop
Wanneer u in het BROWSE of UTILITY scherm bent, kunt u aan deze knop draaien om een track te kiezen of om de cursor tussen de verschillende instellingsonderdelen te verplaatsen. Druk op de knop om uw keuze te bevestigen.
Raadpleeg de DJS bedieningsgids voor verdere informatie over het gebruik van de MIX en EFFECT schermen.
16CUE/LOOP MEMORY toets
Wordt niet gebruikt bij de DJS bediening.
17CUE/LOOP CALL toets
Wordt niet gebruikt bij de DJS bediening.
18Functietoetsen (F1 t/m F6, vanaf links)
Gebruik deze toetsen om de modi en categorieën te kiezen.
De onderdelen die gekozen kunnen worden, verschillen afhankelijk van het scherm of menu.
Raadpleeg de DJS bedieningsgids voor verdere informatie.
19LOAD A/B toetsen
Wanneer u in het BROWSE scherm bent, drukt u op een van deze toetsen om de gekozen track in bedieningseenheid A/B in te stellen.
Raadpleeg de DJS bedieningsgids voor verdere informatie over het gebruik van de MIX en EFFECT schermen.
20Omhoog () keuzetoets
Wanneer u in het BROWSE of UTILITY scherm bent, zal telkens wanneer u op deze toets drukt het menu één niveau omhoog (naar links) gaan in de menustructuur.
Raadpleeg de DJS bedieningsgids voor verdere informatie over het gebruik van de MIX en EFFECT schermen.
21Omlaag () keuzetoets
Wanneer u in het BROWSE of UTILITY scherm bent, zal telkens wanneer u op deze toets drukt het menu één niveau omlaag (naar rechts) gaan in de menustructuur.
Raadpleeg de DJS bedieningsgids voor verdere informatie over het gebruik van de MIX en EFFECT schermen.
22Middendisplay (blz. 11)
23Display A/Display B (blz. 12)
24
Wanneer de
Raak de bovenkant van de
Wanneer de
Middendisplay
3 |
1 2
1 | Hoofdmenuscherm |
|
|
| De menu's van het middendisplay kunt u veranderen met de |
| |
| BROWSE toets, de MIX toets, de EFFECT toets en de UTILITY |
| |
| toets. De functietoetsen, de omhoog ()/omlaag () |
| |
| keuzetoetsen, de LOAD A/B toetsen en de draaikeuzeknop |
| |
| worden gebruikt om de inhoud van de menu's te manipuleren. |
| |
| BROWSE scherm |
|
|
| Gebruik dit scherm om |
| |
| te geven en om tracks te kiezen. Raadpleeg voor verdere |
| |
| informatie “Gebruik van de |
|
|
| bedieningsgids. |
|
|
| MIX scherm |
|
|
| Gebruik dit scherm om |
| |
| Raadpleeg voor verdere informatie “Gebruik van de |
| |
| in de DJS bedieningsgids. |
|
|
| EFFECT scherm |
|
|
| Gebruik dit scherm om |
| |
| Raadpleeg voor verdere informatie “Gebruik van de DJS- |
| |
| effecter” in de DJS bedieningsgids. |
|
|
| UTILITY scherm |
|
|
| Gebruik dit scherm om instellingen op het apparaat te maken |
| |
| (blz. 25). |
| Nederlands |
2 | Functietabblad |
| |
|
| ||
| Hier worden de onderdelen getoond die veranderd kunnen |
| |
| worden met behulp van de zes functietoetsen. De getoonde |
| |
| onderdelen verschillen afhankelijk van de inhoud die op het |
| |
| hoofdmenuscherm wordt weergegeven. |
|
|
3 Display voor A/B trackinformatie |
|
| |
| Hier wordt de trackinformatie getoond en de huidige status |
| |
| van de tracks die met bedieningseenheid A/B worden |
| |
| afgespeeld. |
|
|
| Tracknaam | Afspeelstatus |
|
Artiestennaam
Afspeelstatus
Toont het tracknummer dat nu wordt afgespeeld.
Toont het tracknummer dat nu in de pauzestand staat.
Toont het tracknummer dat nu in de cue- paraatstand staat.
11
Du