Haal in de volgende situaties de stekker van de voedingskabel van uw monitor onmiddellijk uit het stopcontact en laat het onderhoud of de reparatie uitvoeren door bevoegde onderhoudstechnici:
•Als de voedingskabel of stekker beschadigd is.
•Als u een vloeistof op de monitor hebt gemorst of voorwerpen in de monitor hebt laten vallen.
•Als de monitor is blootgesteld aan regen of insijpelend water.
•Als de monitor is gevallen of de behuizing beschadigd is.
•Als de monitor niet correct functioneert hoewel u de normale gebruiksinstructies in acht hebt genomen.
•Buig de voedingskabel niet.
•Gebruik de monitor niet bij hoge temperaturen of in vochtige, stoffige of vettige omgevingen.
•Dek de ventilatieopeningen van de monitor niet af.
•Raak de vloeibare kristallen niet aan ingeval de monitor breekt.
•Bij glasbreuk. Ga voorzichtig te werk.
•Zorg voor een goede ventilatie rond de monitor, zodat de warmte goed kan worden afgevoerd. Controleer altijd of de ventilatieopeningen vrij zijn en plaats de monitor niet in de buurt van een radiator of andere
warmtebronnen. Plaats nooit voorwerpen op de monitor.
LET OP! | • U kunt het beste de monitor van de stroombron loskoppelen door de stekker van de voedingskabel uit |
| het stopcontact te nemen. Plaats de monitor dicht bij een stopcontact dat makkelijk bereikbaar is. |
•Ga voorzichtig te werk als u de monitor moet verplaatsen of vervoeren. Bewaar de verpakking voor een eventueel transport.
•Ingebrand beeld: Een inbranding wordt duidelijk wanneer de “geest” van een vorig beeld op het scherm zichtbaar blijft. In tegenstelling tot
U maakt de inbranding ongedaan door de monitor net zo lang uitgeschakeld te laten als het vorige beeld op het scherm is weergegeven. Als een beeld bijvoorbeeld gedurende één uur is weergegeven en de “geest” van dat beeld blijft achter, schakelt u de monitor één uur uit om het ingebrande beeld ongedaan te maken.
OPMERKING: zoals bij alle andere persoonlijke weergaveapparaten raadt
U KUNT VERMOEIDHEID VAN UW OGEN, SCHOUDERS EN NEK TOT EEN MINIMUM
BEPERKEN DOOR DE MONITOR CORRECT TE PLAATSEN EN GOED AF TE STELLEN.
CONTROLEER DE VOLGENDE PUNTEN WANNEER U DE MONITOR INSTALLEERT:
•Voor een optimaal resultaat laat u de monitor eerst 20 minuten opwarmen.
•Stel de hoogte van de monitor zodanig in dat de bovenzijde van het scherm zich op of net onder ooghoogte bevindt. Uw ogen zouden licht omlaag moeten zijn gericht
wanneer u naar het midden van het scherm kijkt.
• Plaats de monitor niet dichter dan 40 cm en niet verder dan 70 cm van uw ogen verwijderd. De optimale afstand voor de monitor is 50 cm.
•Ontspan uw ogen door af en toe naar een voorwerp te kijken dat minstens 6 meter van u is verwijderd. Knipper vaak met de ogen.
•Plaats de monitor in een hoek van 90 graden ten opzichte van ramen en andere
lichtbronnen, om eventuele reflecties op het scherm te voorkomen. Stel de hellingshoek van de monitor zodanig in, dat de plafondverlichting niet op het scherm wordt gereflecteerd.
•Als u door het gereflecteerde licht de gegevens op het scherm moeilijk kunt lezen, breng dan een antireflectiefilter op het scherm aan.
•Maak het oppervlak van de
•Gebruik de instellingen voor helderheid en contrast om de leesbaarheid te verhogen.
•Gebruik een documenthouder en plaats deze dicht bij de monitor.
•Plaats het voorwerp waar u het meeste naar kijkt (het scherm of het referentiemateriaal) direct voor u, zodat u uw hoofd zo weinig mogelijk hoeft te draaien.
•Geef nooit lange tijd vaste patronen op de monitor weer. Zo vermijdt u dat het beeld inbrandt.
•Laat uw ogen regelmatig door een arts onderzoeken.
Ergonomie
De volgende aanbevelingen bieden maximale ergonomische resultaten:
•Gebruik de fabrieksinstellingen voor de grootte en positie van het beeld, en standaardsignalen.
•Gebruik de vooraf ingestelde waarden voor de kleureninstellingen.
•Gebruik
•Kies bij een donkere achtergrond niet de primaire kleur blauw om te vermijden dat u moeilijk leest en uw ogen sneller vermoeid raken.
Nederlands-10
08_Dutch | 10 | 14/11/02, 1:41 pm |