
Fluke T100/120/140
Uitvoeren van metingen
Uitvoeren van metingen
Voorbereiding en veiligheids- maatregelen
Vóór iedere meting dienen de veiligheidsmaat- regelen zoals genoemd n acht genomen te wor- den. Voor gebruik dient het meetinstrument ge- test te worden op een bekende spanningsbron.
Functietest/zelftest
•De spanningstester op een bekende span- ningsbron testen
•Verbind de meetpunten. Er moet een geluid hoorbaar zijn en de LED Rx/Ω (7) moet bran- den. Als de LED niet brandt, moeten de bat- terijen vervangen worden.
De spanningsweergave van de T100/ T120/ T140 werkt ook bij lege of zonder batterijen.
De spanningstester mag niet meer wor- den gebruikt als 1 of meerdere functies uitvallen, of als het instrument niet meer functieklaar is.
Lege batterijen moeten uit het apparaat worden verwijderd om mogelijk lekken te voorkomen.
De T100/T120/T140 heeft een ingebouwde last, die het mogelijk maakt een 10mA of 30mA aardlekschakelaartest uit te voeren.
Bij spanningstesten (L tegen PE) in instal- laties met aardlekschakelaar kan de aard- lekschakelaar aangesproken worden.Om het aanspreken van de aardlekschakelaar te voorkomen, dient er allereerst tussen L en N getest te worden (circa 5 seconden). Bij directe aansluiting kan L tegen PE zon- der het aanspreken van de aardlekscha- kelaar worden getest.
Spanningstest
Veiligheidsmaatregelen zoals vermeld in acht nemen.
• Beide meetpennen met het te testen object verbinden.
Bij een spanning < 12V schakelt de span- ningstester automatisch in.
De spanning wordt door middel van LED’s
(4) weergegeven.
Bij wisselspanning lichten de "+” en
Het instrument is uitgevoerd met LED’s met de waarden 12V, 24V, 50V, 120V, 230V, 400V en 690V.
7