2 Druk op cijfertoets 1 om “MOVIE”
Het “Graphics” instelscherm verschijnt op het display.
Kiezen van een stilbeeld voor het grafische
In de volgende gevallen kunt u “UserPict.” niet als
•Indien er geen beeld voor “Picture” is vastgelegd, of
•“UserPict.” is niet voor de “Graphics” instelling gekozen (zie de beschrijving hier links).
3 Kies “UserMovie”, “UserSlide” of “UserPict.”.
Bijv.: Met “UserPict.” gekozen
•UserMovie: Uw eigen gemonteerde, voor “Movie” vastgelegde animatie wordt voor het grafische scherm gebruikt.
•UserSlide: Uw eigen gemonteerde, voor
“Picture” vastgelegde stilbeelden worden op volgorde voor het grafische scherm gebruikt.
• UserPict.: Een van uw eigen gemonteerde, voor “Picture” vastgelegde stilbeelden wordt voor het grafische scherm gebruikt.
Kies een van de vastgelegde beelden (zie de beschrijving hier rechts).
4 Voltooi de instelling.
Voor het annuleren van alle grafische displays, kies u “Off” in stap 3.
Opmerking:
U kunt tevens “Int Demo”, “All Demo” en
“ImageLink” voor de “Graphics” instelling kiezen.
–Zie bladzijden 8 en 55 voor “Int Demo” en “All Demo”.
–Zie bladzijden 33 en 55 voor “ImageLink”.
1 Druk op SEL (selecteren) in en houd deze ten minste 2 seconden ingedrukt, zodat een van de PSM- vermeldingen op de display wordt weergegeven. (PSM: zie bladzijden 53 en 54).
2 Druk op cijfertoets 1 om “MOVIE”
Het “Graphics” instelscherm verschijnt op
het display.
3 Kies “UserPict.”.
De bestandnaam van het huidige gekozen beeld verschijnt tevens.
4 Kies het gewenste bestand.
5 Voltooi de instelling.
NEDERLANDS
51