Installatie en instellingen
Overzicht van installatie en instellingen
Alvorens u uw printer in gebruik kunt nemen, dient het volgende te worden uitgevoerd:
1.Controleer dat de printer goed is aangesloten en is ingeschakeld.
2.Installeer de softwaredrivers en hulpprogramma's.
3.Configureer de software.
Fysieke verbinding
U kunt uw printer via een netwerk aansluiten. Voor de optionele fax is aansluiting op een werkende en aparte faxtelefoonlijn vereist. Communicatiekabels worden niet bij de printer geleverd en moeten apart worden aangeschaft.
Ethernet-netwerk
Uw printer fysiek op het netwerk aansluiten:
1.Sluit het netsnoer op de printer aan en steek de stekker in het stopcontact.
2.Sluit een uiteinde van een categorie 5 kabel, of beter nog een
3.Als er een fax in uw printer is geïnstalleerd, sluit u deze met gebruik van een standaard
4.Zet de printer aan.
Faxverbinding
Sluit uw printer op de telefoonlijn aan met een standaard
Eerste printerinstellingen
Voordat de printersoftware kan worden geïnstalleerd, moeten eerst enkele instellingen worden uitgevoerd. Als de printer nog niet eerder is ingeschakeld en geconfigureerd, raadpleegt u de System Administrator Guide (Handleiding voor de Systeembeheerder) op www.xerox.com/office/WC7755_WC7765_WC7775docs.
34WorkCentre 7755/7765/7775 Multifunctionele printer Gebruikershandleiding