H A N D L E I D I N G • R 7 8 O
ROEIWEERSTAND INSTELLEN
De R 780 beschikt over een traploos instelbare weerstand. Om de weerstand te verhogen draait u de knop onder de monitor met de wijzers van de klok mee: door in tegengestelde richting (linksom) te draaien, vermindert de weerstand.
Lage weerstand en hoog tempo dienen voor aërobe
Bij een roeimachine met een vliegwiel is de slagsnelheid aan het einde van de roeislag, als het lichaam achterover helt en handen en gebogen tegen de borst zijn, het hoogst. Op dat moment heeft het vliegwiel zijn grootste snelheid. Bij het begin van de slag is de slagsnelheid het laagst. Bij een training met weinig weerstand en hoog slagtempo behoudt het vliegwiel zijn draaisnelheid tot en met het begin van de slag. Daardoor lijkt het of er geen trekweerstand is. Om dit te voorkomen adviseren wij om bij een hoog slagtempo ook de weerstand iets te verhogen.
M O N I T O R
De monitor begint te werken zodra u een toets indrukt. Als er 4 minuten geen activiteit is, schakelt de monitor automatisch uit.
HARTSLAGMETER
De R 780
De Polar borstband is voorzien van elektroden. Om de hartslag te controleren moet de geribbelde kant van de elektroden vochtig worden gemaakt met wat water of speeksel en vervolgens strak tegen de huid van uw borstkas bevestigd worden met de elastische band. Controleer of de elektroden ook tijdens de training goed contact houden
met de huid. Natuurlijk moet de elastische
band u voldoende vrijheid laten om ongehinderd te kunnen trainen en ademen. Let op! Een droog
Om de hartslag op de monitor te zien, zet u de monitor aan door een willekeurige toets in te drukken. De zender van de borstband zelf werkt continu en verzendt de signalen, telemetrisch, naar de
BEGINSCHERM
Na het aanzetten van de monitor door het indrukken van een willekeurige toets, krijgt u tegelijkertijd de volgende gegevens te zien:
REGEL 1. LINKS HARTSLAG
De hartslag tussen 30 en 199 slagen. Dit werkt alleen met een goed bevestigde hartslagzender. Naast de aangegeven waarde in cijfers knippert een hartsymbool in
REGEL 1. RECHTS (GESCHAT)
CALORIEVERBRUIK
Deze regel toont uw calorieverbruik gedurende de gehele training in kcal (0 - 999 kcal). Door de
of dun, getraind of ongetraind, allemaal factoren die bepalend zijn om een nauwkeurig verbruik te berekenen.
REGEL 2. LINKS GEMIDDELDE INSPANNING
Deze regel geeft de gemiddelde inspanning in eenheden Watt (0 - 995 Watt in stappen van 5 Watt). De waarde wordt na elke slag opnieuw berekend. Voor weergave van de inspanning in Watt moet er een minimale roeisnelheid van 30 slagen per minuut met enige weerstand bereikt zijn. Er moet dus een goede roeibeweging gemaakt worden!
REGEL 2. RECHTS TIJD
De tijd kan op twee manieren worden weergegeven; als getrainde tijd (maximaal 1 uur) en als nog te trainen tijd
te trainen tijd, dient u dit vooraf in te stellen zoals beschreven in I NST E L L E N.
REGEL 3. LINKS PIEK INSPANNING
Ook deze waarde wordt vermeld in Watt met een maximum van 999 Watt en een nauwkeurigheid van 1 Watt. Dit gegeven wordt na iedere slag opnieuw weergegeven.
REGEL 3. RECHTS 500 METER TIJD
Deze regel geeft u 500 meter tijd bij het huidige tempo. De eindtijd wordt na iedere slag opnieuw berekend.
REGEL 4. LINKS
Deze regel geeft uw
REGEL 4. RECHTS AFGELEGDE AFSTAND
Deze regel geeft de afgelegde afstand vanaf het begin van de training. U kunt daarbij zelf bepalen of de afstand in gemaakte slagen of in afgelegde meters wordt weergegeven
U kunt ook kiezen voor weergave van de nog af te leggen afstand
ONDERSTE REGEL DE TEMPOBEUL
Onder aan de monitor ziet u elf pictogrammen van roeiers die de roeislag in twee bewegingen, heen en terug, weergeven. Een pictogram is de
T E M POBEU L , dit is knipperende roeier met beide bewegingen en de ander bent u, dat is de roeier die slechts één beweging toont. De
start meestal in het midden. Zolang u even
snel roeit als deis er slechts één pictogram te zien met beide roeibewegingen. De pictogrammen symboliseren het verschil tussen u en de tempobeul. Op de onderste regel worden verschillen groter dan een meter vermeld.
N L
H A N D L E I D I N G • R 7 8 O
Een voorsprong wordt positief (+) vermeld, een achterstand negatief
De T E M POBEU L houdt standaard een tempo aan dat uitkomt op 2.00 minuten (twee minuten blank) over de 500 meter. U kunt eventueel zelf een ander tempo instellen door de SET PAC ER toets in te drukken en met de UP en DOW N pijltoetsen de gewenste eindtijd in te stellen.
TOTAALWAARDEN
Door op de TOTA A L toets te drukken geeft de monitor de totaalwaarden weer. De totale trainingstijd wordt vermeld in dagen (
INSTELLEN
TIMER (TRAININGSTIJD INSTELLEN)
Om de trainingstijd in te stellen drukt u de SET T I M ER toets in en stelt u de gewenste tijd in met de UP en DOWN pijltoetsen van (01:00 tot 99:00). Als u geen tijd heeft ingesteld laat het scherm
PACER INSTELLEN TEMPOBEUL
Ukunt het tempo van de T E M POBEU L (streeftijd over 500 m) instellen door na het indrukken van de SET PAC ER toets met de UP en DOW N pijltoetsen het gewenste tempo in te stellen in minuten en seconden (van 01:00 tot 10:00). De standaard ingestelde tijd over deze afstand is 2:00 minuten, ofwel 15 km per uur, welke automatisch wordt ingesteld als u op R E SET drukt.
Door nogmaals de SET PAC ER toets in te drukken stopt u het instellen van de T E M POBEU L .
DISTANCE (SET DIST) AFSTAND INSTELLEN
Met deze toets kunt u de gewenste roeiafstand of het gewenste aantal slagen instellen. Met de m/ST ROK E S toets wisselt u van afstand in meters naar aantal roeislagen en omgekeerd. Als u geen afstand/slagen instelt, toont het scherm
Met de R E SET toets zet u de waarde op N U L en u beëindigt het instellen van de afstand door nogmaals op de SET DIST toets te drukken.
30
31