Problemen met de werking
Als u denkt dat de machine niet goed functioneert, moet u eerst een paar kopieën maken. Als de kopie er goed uitziet, heeft het probleem waarschijnlijk niet met de machine te maken. Controleer onderstaande tabel en volg de instructies die worden gegeven.
PROBLEEM | SUGGESTIE |
Problemen met het afdrukken en ontvangen van faxberichten | |
|
|
Tekst staat te dicht op elkaar, | Als de kopie er goed uitziet, had u misschien een slechte verbinding, |
horizontale strepen; boven- | of was er ruis op de lijn. |
en onderkant van tekst | Als de kopie er slechter uitziet, moet u een afspraak maken met uw |
ontbreekt | |
|
|
Er staan verticale strepen op | Soms ontstaan er verticale strepen of zwarte lijnen op de |
de faxen die u ontvangt | faxberichten die binnenkomen. Dit kan worden veroorzaakt doordat |
| de primaire coronadraad voor de printer in uw machine vuil is, of |
| doordat de scanner van de faxmachine van de verzendende partij |
| vuil is. Reinig de primaire coronadraad, of vraag de verzenders een |
| kopie te maken om te zien of het probleem misschien bij hun ligt. |
| Probeer de fax op een andere machine te ontvangen. Kunt u het |
| probleem niet oplossen, neem dan contact op met uw Brother- |
| dealer. |
|
|
Machine registreert een | Als de functie Fax Waarnemen (met een extern toestel) is |
spraakverbinding als | geactiveerd, is de machine gevoeliger voor geluiden. Ze heeft |
faxtonen | misschien per ongeluk stemmen of muziek op de lijn |
| geïnterpreteerd als faxtonen en reageert dan met faxontvangsttonen. |
| Deactiveer de fax door op Stop/Eindigen te drukken. Vermijd dit |
| probleem door de functie Fax Waarnemen (met een extern toestel) |
| uit te schakelen. (Zie Fax Waarnemen (met een externe telefoon), |
| pagina 33.) |
|
|
Problemen met de telefoonlijn of aansluiting | |
|
|
Machine kan geen nummer | Controleer of er een kiestoon wordt gegeven. Wijzig de instelling |
kiezen | TOON/PULS. (Zie De kiesstand instellen (Toon/Puls), pagina 23.) |
| Controleer de aansluitingen van alle kabels. Controleer het |
| netsnoer. Verzend een faxbericht handmatig door de hoorn van het |
| externe toestel op te pakken en het nummer te kiezen. Druk op |
| Fax Start zodra u de faxtonen hoort. Kunt u het probleem niet |
| oplossen, neemt u dan contact op met uw |
|
|
Faxapparaat geeft geen | Controleer of de juiste ontvangststand is ingesteld (Fax, |
gehoor bij oproep | Fax/Telefoon of Beantwoorder). Controleer of er een kiestoon |
| hoorbaar is. Indien mogelijk, belt u uw eigen apparaat om te zien |
| wat er gebeurt. Neemt uw faxmachine niet op, controleer dan de |
| telefoonaansluiting. Gaat de bel niet over wanneer u uw |
| telefoontoestel belt, vraag uw telecommunicatiebedrijf dan om de |
| lijn te controleren. |
|
|