Wanneer u alle toetsen hebt hersteld en terug wilt keren naar het instellingenmenu, selecteert u “No” (Nee). Druk op OK.

DOpmerking

Bij het herstellen van een toets worden de toetsgegevens overschreven die op uw universele afstandsbediening voor de iPod™ waren opgeslagen. Dit betekent dat als u deze toets gebruikt bij een activiteit, deze activiteit ook verandert.

5.4Een functie toevoegen

U kunt extra functies aan uw universele afstandsbediening voor de iPod™ toevoegen.

Een functie toevoegen:

1.Selecteer de optie “Add a Function” (Een functie toevoegen) in het instellingenmenu. Druk op OK.

2.Selecteer het apparaat waar u een functie aan wilt toevoegen.

3.Selecteer het label dat u wilt gebruiken voor de extra functie.

4.Gebruik uw originele afstandsbediening om deze afstandsbediening de functie aan te leren.

De extra functie wordt aan de universele afstandsbediening voor de iPod™ toegevoegd.

De extra functie openen:

1.Druk op de toets MAIN VOL om het functiemenu te openen.

2.Selecteer met de cursortoetsen de gewenste functie. Druk op OK.

DOpmerking

Extra functies verschillen bij elk apparaat. De functies kunnen alleen maar worden geselecteerd in de specifieke modus van het gewenste AV-apparaat.Als u bijvoorbeeld een TV-functie wilt openen, dan moet de afstandsbediening in de TV-modus staan.

5.5Een activiteit toevoegen

Een activiteit bestaat uit een serie handelingen die door uw universele afstandsbediening voor de iPod™

worden verzonden wanneer u de activiteit selecteert. U kunt maximaal 8 activiteiten toevoegen. Een activiteit kan maximaal 25 stappen bevatten.

De universele afstandsbediening voor de iPod™ voegt telkens als u op een toets drukt standaard een vertraging van 0,6 seconden in. Op deze manier reageren uw apparaten juist op de signalen.

U kunt deze standaardinstelling als volgt overschrijven:

Als een van uw apparaten een langere tijd nodig heeft voor het ontvangen van het volgende IR- signaal, kunt u een vertraging van 1 of 3 seconden invoeren. Het veranderen van de vertraging geldt als een stap in de activiteit.

Als er bij een activiteit geen vertraging nodig is, kunt u de optie “geen vertraging” toevoegen.Als u bijvoorbeeld het volume wilt verhogen tijdens een activiteit door vier keer op de volumetoets (omhoog) te drukken, hoeft u geen vertragingen tussen deze vier stappen in te voeren. U voert tussen elke stap de optie “geen vertraging” toe.

Een activiteit toevoegen:

1.Selecteer met de cursortoetsen de optie “Add an Activity” (Een activiteit toevoegen) in het instellingenmenu. Druk op OK.

DOpmerking

Als u al 8 activiteiten hebt toegevoegd, wordt u gevraagd om een activiteit te verwijderen. Zie paragraaf 5.6 Een activiteit verwijderen.

2.Selecteer het label uit de lijst met activiteiten. Druk op OK.

3.Volg de aanwijzingen op het scherm om een activiteit te maken.

Selecteer het apparaat met de cursortoetsen.

Druk op OK. Druk op de juiste toets om een druk op een toets in te voeren.

Bepaal of u een extra toets of een vertraging wilt invoegen en selecteer “Yes” (Ja) door op OK te drukken.

Selecteer “No” (Nee) als u geen extra activiteit wilt toevoegen. Druk op OK.

90

Meer uit uw universele afstandsbediening halen

Page 90
Image 90
Philips SJM3152/17 manual Een functie toevoegen, Een activiteit toevoegen