3. Selecteer Change SCSI ID (SCSI-ID wijzigen) met de pijl-omlaag.
Exit Diagnostics SettingsChange Alarm VolumeChange Display ContrastChange SCSI IDChange SCSI Termination
4. Selecteer Return.

SCSI id : 2

5. Stel het gewenste SCSI-ID-nummer in met de pijl-omhoog of de
pijl-omlaag.
6. Selecteer Return.
7. Zet de scanner uit. Wacht ten minste 10 seconden en zet de
scanner weer aan.
8. Wanneer de scanner de zelftest heeft uitgevoerd, start u de
hostcomputer opnieuw op.
De SCSI-terminator
wijzigen
Hiermee kunt u de SCSI-terminator wijzigen. Mogelijke waarden zijn 0
(uitgeschakeld) of 1 (ingeschakeld). De SCSI-terminator is standaard
ingeschakeld en blijft ingeschakeld tot u deze uitschakelt en de
scanner opnieuw opstart. U wijzigt de SCSI-terminator alleen als u
hiertoe instructies krijgt van uw integrator of Kodak-technicus.
U wijzigt als volgt de SCSI-terminator:
1. Selecteer het pictogram voor Diagnostics Settings (Diagnose-
instellingen) .
2. Ga met de pijl-rechts of pijl-links naar de functie Settings
(Instellingen).
3. Selecteer Change SCSI Termination (SCSI-terminator wijzigen)
met de pijl-omlaag.

Exit Diagnostics Settings

Change Alarm Volume

Change Display Contrast

Change SCSI ID

Change SCSI Termination

3-12 A-61169_nl juli 2003