NEDERLANDSNL
5.12 Smeren
Alle smeerpunten in onderstaande tabel moeten na elke 25 werkuren en na elke wasbeurt worden ges- meerd.
Onderdeel | Actie | Afb. |
Wiellager | 3 smeernippels.(26:Z) | 13 |
| Gebruik een smeerpistool met |
|
| universeel vet. |
|
Stuurkabels | Reinig de kabelen met een staal- | - |
| borstel. |
|
| Smeer de kettingen met univer- |
|
| sele kettingspray. |
|
Spannings- | Smeer de lagerpunten met een | 14 |
armen | oliehouder terwijl alle regelaars |
|
| zijn geactiveerd. |
|
| Dit werkt het beste met twee per- |
|
| sonen. |
|
Bedienings- | Smeer de uiteinden van de kabels | 15 |
kabels | met een oliehouder terwijl alle |
|
| regelaars zijn geactiveerd. |
|
| Dit moet worden gedaan door |
|
| twee personen. |
|
6 OCTROOI - ONTWERPREGIS-
TRATIE
Deze machine of onderdelen van deze machine valt/vallen onder de volgende octrooi- en ontwer- pregistratie:
99 1095 (SE), 499 11 740.9 (DE), M1990 000734 (IT), 577
5.13 Zekeringen
Als een van de onderstaande problemen optreedt, moet u de betreffende zekering vervangen. De zekering(en) en de accu bevinden zich onder de motorkap.
GGP behoudt zich het recht voor zonder vooraf- gaande aankondiging wijzigingen in het product aan te brengen.
35