30
31
HANDLEIDING • R78O
HANDLEIDING • R78O N L
ROEIWEERSTAND INSTELLEN
De R 780 beschikt over een traploos instelbare
weerstand. Om de weerstand te verhogen draait u
de knop onder de monitor met de wijzers van de
klok mee: door in tegengestelde richting (linksom)
te draaien, vermindert de weerstand.
Lage weerstand en hoog tempo dienen
voor aërobe conditie-training, terwijl hogere
weerstand bij een lager tempo de spiergroepen
ontwikkelt (anaërobe training). Ter voorkoming
van spierblessures is het verstandig de training
rustig met een lage weerstand te beginnen.
Bij een roeimachine met een vliegwiel is de
slagsnelheid aan het einde van de roeislag, als het
lichaam achterover helt en handen en gebogen
tegen de borst zijn, het hoogst. Op dat moment
heeft het vliegwiel zijn grootste snelheid. Bij het
begin van de slag is de slagsnelheid het laagst.
Bij een training met weinig weerstand en hoog
slagtempo behoudt het vliegwiel zijn draaisnelheid
tot en met het begin van de slag. Daardoor lijkt het
of er geen trekweerstand is. Om dit te voorkomen
adviseren wij om bij een hoog slagtempo ook de
weerstand iets te verhogen.
MONITOR
De monitor begint te werken zodra u een toets
indrukt. Als er 4 minuten geen activiteit is, schakelt
de monitor automatisch uit.
HARTSLAGMETER
De R 780 roei-ergometer heeft een ingebouwde
hartslagontvanger die geschikt is voor gebruik
met de Polar borstbandzender. Rekening dient te
worden gehouden met het beperkte zendbereik
van de hartslagzender. De ontvanger is aan de
achterzijde, in het railkapje gebouwd. De Polar
borstbandzender is als optie leverbaar.
De Polar borstband is voorzien van elektroden.
Om de hartslag te controleren moet de geribbelde
kant van de elektroden vochtig worden gemaakt
met wat water of speeksel en vervolgens strak
tegen de huid van uw borstkas bevestigd worden
met de elastische band. Controleer of de elektroden
ook tijdens de training goed contact houden
met de huid. Natuurlijk moet de elastische
band u voldoende vrijheid laten om ongehinderd
te kunnen trainen en ademen. Let op! Een
droog elektrode-oppervlak geeft geen enkel signaal.
Bevochtig in dat geval de elektroden opnieuw en
controleer tevens of de plek waarop u de elektroden
heeft bevestigd wel geschikt is. Kies eventueel een
andere plaats.
Om de hartslag op de monitor te zien, zet u
de monitor aan door een willekeurige toets in te
drukken. De zender van de borstband zelf werkt
continu en verzendt de signalen, telemetrisch, naar
de hartslag-ontvanger aan het eind van de rail.
Maak na gebruik de elektroden van de borstband
goed droog.
BEGINSCHERM
Na het aanzetten van de monitor door het
indrukken van een willekeurige toets, krijgt u
tegelijkertijd de volgende gegevens te zien:
REGEL 1. LINKS HARTSLAG
De hartslag tussen 30 en 199 slagen. Dit werkt
alleen met een goed bevestigde hartslagzender.
Naast de aangegeven waarde in cijfers knippert een
hartsymbool in hart-slagtempo.
REGEL 1. RECHTS (GESCHAT)
CALORIEVERBRUIK
Deze regel toont uw calorieverbruik gedurende de
gehele training in kcal (0 - 999 kcal). Door de
RESET-toets in te drukken of door de monitor
uit te zetten wordt dit getal weer op nul gezet.
Het geschatte calorieverbruik berekent de monitor
op basis van tijd, roeisnelheid en het bijbehorend
gemiddeld energie-verbruik. Dit getal is geen
absoluut zuiver gegeven, maar een schatting op
basis van gemiddelden. Elk mens verbruikt op zijn
manier calorieën. Man of vrouw, oud of jong, dik
Een voorsprong wordt positief (+) vermeld, een
achterstand negatief (-). De verschillen worden in
drie automatische wisselende schalen weergegeven,
eerst in meters, dan in 10 meter-eenheden en
verschillen boven de 100 meter worden in 100
meter-eenheden weergegeven. De schaal staat in de
rechter benedenhoek van het scherm.
De TEM PO BE UL houdt standaard een tempo
aan dat uitkomt op 2.00 minuten (twee minuten
blank) over de 500 meter. U kunt eventueel zelf
een ander tempo instellen door de SET PA CE R
toets in te drukken en met de UP en DOW N
pijltoetsen de gewenste eindtijd in te stellen.
TOTAALWAARDEN
Door op de TOTA A L toets te drukken geeft
de monitor de totaalwaarden weer. De totale
trainingstijd wordt vermeld in dagen ( 0-999) en in
uren en minuten (00:00-59:59). De totale afstand
wordt naar keuze weergegeven in kilometers of in
roeislagen (0-999999) in stappen van één kilometer
of één slag). U kunt de weergegeven eenheid voor
de afstand veranderen door de m/Strokes toets in
te drukken.
INSTELLEN
TIMER (TRAININGSTIJD INSTELLEN)
Om de trainingstijd in te stellen drukt u de SET
TIM E R toets in en stelt u de gewenste tijd in
met de UP en DOWN pijltoetsen van (01:00 tot
99:00). Als u geen tijd heeft ingesteld laat het
scherm —:— zien. U sluit het instellen van de
trainingstijd af door opnieuw de SET T IM ER toets
in te drukken. U zet de ingestelde trainingstijd op
nul door de RES E T-toets in te drukken. Na het
verstrijken van de ingestelde trainingstijd klinkt vijf
seconden lang een geluidssignaal.
PACER INSTELLEN TEMPOBEUL
U kunt het tempo van de TEM PO BE UL (streeftijd
over 500 m) instellen door na het indrukken
van de SET PA CE R toets met de UP en D OW N
pijltoetsen het gewenste tempo in te stellen in
minuten en seconden (van 01:00 tot 10:00). De
standaard ingestelde tijd over deze afstand is 2:00
minuten, ofwel 15 km per uur, welke automatisch
wordt ingesteld als u op RES ET drukt.
Door nogmaals de SET PA CER toets in te
drukken stopt u het instellen van de TEM P O B EU L .
DISTANCE (SET DIST) AFSTAND INSTELLEN
Met deze toets kunt u de gewenste roeiafstand
of het gewenste aantal slagen instellen. Met de
m/STR OK ES toets wisselt u van afstand in meters
naar aantal roeislagen en omgekeerd. Als u geen
afstand/slagen instelt, toont het scherm —:— en
dus geen cijfers.
Met de RES ET toets zet u de waarde op NU L
en u beëindigt het instellen van de afstand door
nogmaals op de SET DI ST toets te drukken.
of dun, getraind of ongetraind, allemaal factoren
die bepalend zijn om een nauwkeurig verbruik te
berekenen.
REGEL 2. LINKS GEMIDDELDE INSPANNING
Deze regel geeft de gemiddelde inspanning in
eenheden Watt (0 - 995 Watt in stappen van 5
Watt). De waarde wordt na elke slag opnieuw
berekend. Voor weergave van de inspanning in
Watt moet er een minimale roeisnelheid van 30
slagen per minuut met enige weerstand bereikt
zijn. Er moet dus een goede roeibeweging gemaakt
worden!
REGEL 2. RECHTS TIJD
De tijd kan op twee manieren worden
weergegeven; als getrainde tijd (maximaal 1 uur) en
als nog te trainen tijd (count-down, maximaal 99
minuten). De tijd wordt weergegeven in seconde
00:00- 59:59 in stappen van één seconde en in
stappen van één minuut. De getrainde tijd wordt
alleen gemeten als daadwerkelijk getraind wordt,
wat u kunt zien aan de knipperende dubbele punt.
Als u de voorkeur geeft aan het zien van de nog
te trainen tijd, dient u dit vooraf in te stellen zoals
beschreven in INS T E L L E N.
REGEL 3. LINKS PIEK INSPANNING
Ook deze waarde wordt vermeld in Watt met een
maximum van 999 Watt en een nauwkeurigheid
van 1 Watt. Dit gegeven wordt na iedere slag
opnieuw weergegeven.
REGEL 3. RECHTS 500 METER TIJD
Deze regel geeft u 500 meter tijd bij het huidige
tempo. De eindtijd wordt na iedere slag opnieuw
berekend.
REGEL 4. LINKS ROEI-SLAGTEMPO
Deze regel geeft uw roei-slagtempo in slagen per
minuut weer (0-99 slagen) en wordt na iedere 2
slagen opnieuw uitgerekend.
REGEL 4. RECHTS AFGELEGDE AFSTAND
Deze regel geeft de afgelegde afstand vanaf het
begin van de training. U kunt daarbij zelf bepalen
of de afstand in gemaakte slagen of in afgelegde
meters wordt weergegeven 0-9999 (zie Instellen).
U kunt ook kiezen voor weergave van de nog
af te leggen afstand (count-down). Deze moet dan
wel vooraf ingesteld worden(zie INS T E L L EN ).
ONDERSTE REGEL DE TEMPOBEUL
Onder aan de monitor ziet u elf pictogrammen
van roeiers die de roeislag in twee bewegingen,
heen en terug, weergeven. Een pictogram is de
TEM P O BE U L , dit is knipperende roeier met beide
bewegingen en de ander bent u, dat is de roeier
die slechts één beweging toont. De TEM PO BE UL
start meestal in het midden. Zolang u even
snel roeit als de TEM PO BE UL is er slechts één
pictogram te zien met beide roeibewegingen. De
pictogrammen symboliseren het verschil tussen
u en de tempobeul. Op de onderste regel
worden verschillen groter dan een meter vermeld.