Nederlands
Handset-instellingen
1.Druk op Menu.
2.Scroll naar Handset instellen. Druk op OK.
3.Scroll naar de gewenste functie, bijv. Taal. Druk op OK.
4.Scroll naar de gewenste instelling. Druk op OK.
Belsignaal | Het belsignaal en de tonen van de handset kunnen worden |
| aangepast. |
Wekker | In de |
| aangeduid door H. Als het alarm afgaat, klinkt gedurende |
| 60 seconden een geluidssignaal. Druk op een willekeurige |
| toets op de handset om het signaal uit te zetten. Het |
| volume wordt bepaald door het ingestelde belsignaalniveau. |
| Als het symbool niet is verlicht in de |
| dit zijn omdat de klok niet is ingesteld. |
Contrast | Het contrast van het display kan op diverse niveaus worden |
| ingesteld. |
Achtergrond | Het achtergrondbeeld van het display kan worden veranderd. |
Autom. beantw. | De handset beantwoordt inkomende oproepen als de |
| handset uit de basiseenheid wordt genomen. |
LED | Kies deze optie om de |
| te laten knipperen als er gebeld wordt. |
Kies basis | Alleen gebruikt bij systemen met meer dan een basiseenheid. |
Naam handset | De tekst afgebeeld tijdens standby kan worden veranderd. |
Taal | De instelling van de taal wordt uitgelegd bij Aansluiten. |
Landsnummer | Zie de aparte beschrijving voor het programmeren van |
| landencodes. |
Babyfoon | Draadloze babyfoon, zie aparte beschrijving. |
Verkort nummer | Programmeren van snelkeuzenummers. Om een van deze |
| nummers te bellen, drukt u op de bijbehorende toets |
Netwerk | Het is mogelijk om de codes voor operatordiensten te |
| wijzigen (CF=Call Forwarding) (Oproepen doorzenden). |
Aanmelden | Een nieuwe handset aanmelden, zie aparte beschrijving. |
Handset PIN | U kunt de |
Reset handset | De handset terugzetten naar de standaardinstellingen. |
10