NL
VAN BELANG
Auto restart
Na stroomuitval start de airconditioner automatisch als de stroomvoorziening is hersteld. Controleer bij twijfel de instellingen.
Werkgebied binnenthermostaat
De binnenthermostaat kan worden ingesteld op een gewenste temperatuur tussen 18 en 30 °C.
Let op: of de gewenste waarde wordt bereikt hangt af van de condities in de betreffende ruimte.
Werkgebied warmtepompfunctie
De verwarmingsfunctie kan worden gebruikt bij een buitentemperatuur van ca. 10 °C of hoger.
Let op: bij lagere buitentemperaturen kan de goede werking worden verstoord.
Capaciteit
De benodigde koel- of verwarmingscapaciteit is sterk afhankelijk van de ligging en/of het gebruik van de ruimte waarin de airconditioner is geïnstalleerd. Sterke zonnestraling en de aanwezigheid van personen, lampen of apparatuur zorgen voor een extra warmtebelasting.
Normale woonruimtes vergen voor koeling ca 100 W per m2 vloeroppervlak. Bij sterke zonbelasting of overige warmtebronnen kan dit oplopen tot 350 W per m2.
Voor de specificaties van uw airconditioner zie blz. 58/59.
Tip: laat op warme dagen de airconditioner gedurende de nacht de ruimte zover mogelijk afkoelen. Hierdoor werken de koude muren en meubilair mee om de ruimte tijdens gebruik aangenaam te houden. Voorkom sterke zon instraling.
Noodstart
In geval van problemen kan de airconditioner met de noodknop onder het paneel van het binnendeel in werking worden gesteld. Open het frontpaneel en druk op de knop
De airconditioner gaat:
-verwarmen als de kamertemperatuur ≤ 20°C is,
-koelen als de kamertemparatuur ≥ 25 °C is,
en bij tussenliggende waarden: ontvochtigen in een model zonder warmtepomp en in een model met warmtepomp in ventilator modus.
7