26 NE | OPNAME |
Basisopname
Schakel de TV in en kies het videokanaal (of de AV functie).
Voortzetting van een opname
Wanneer de spanning tijdens opname, opname met de directe timer ( blz. 27) of
A Plaats een cassette.
Plaats een cassette waarvan het wispreventielipje intact is.
●De spanning van de videorecorder wordt automatisch ingeschakeld en de teller wordt op “0:00:00” ingesteld.
●Terwijl “– – –
B Kies een programma.
Druk op de PR +/– of cijfertoetsen om het kanaal dat u wilt opnemen te kiezen.
C Stel de bandsnelheid in.
Druk op SP/LP/EP (p). Controleer dat de SP/LP/EP indicator op het displaypaneel van de videorecorder de juiste bandsnelheid toont.
●Met de
●Wanneer u een programma met de
●De
D Start de opname.
Houd 7 en 4 van de afstandsbediening tegelijk ingedrukt of druk op 7 van de videorecorder.
B.E.S.T. wordt na het plaatsen van de cassette bij het begin van de SP en LP (of EP) opname uitgevoerd. ( blz. 31)
Indien “DIRECT REC” op “AAN” is ingesteld, zal het programma dat op het
E Pauzeer of zet de opname voort.
Druk op 9. Druk op 4 om de opname voort te zetten.
F Stoppen van de opname.
Druk op 8, of op 0 van de videorecorder. Druk vervolgens op 0 om de cassette te verwijderen.
Beveiliging tegen het “per ongeluk” wissen
Verwijder het wispreventielipje van een cassette om een opname tegen wissen te beveiligen. Indien u later toch op deze cassette wilt opnemen, moet u de ontstane opening met plakband afdekken.
Wispreventielipje