EFFECTFUNCTIES (BEAT-EFFECTEN PRODUCEREN)

BEAT-EFFECTEN PRODUCEREN

Voorbeeld van display-aanduidingen

4

BEAT 2, 3

1

AUTO/TAP

TAP

 

2

 

3

 

TIME

LEVEL/DEPTH

5

ON/OFF

EFFECT SELECT

CH SELECT

1 2 3 4

MIC A B MST

PARAMETER

AUTO MIDI

TAP BPM

%

Effectnaam: DELAY

Effectkanaal-selectie: CH 1

BPM waarde: 120 BPM

Parameter 1: 500 ms

Beat-veelvoud: 1/1

Met de beat-effecten kunnen de effecttijden onmiddellijk gesynchroniseerd worden met de BPM (beats per minuut), waardoor zelfs tijdens live-uitvoeringen een groot scala aan effecten kan worden geproduceerd, synchroon met het huidige ritme.

1. Druk op de AUTO/TAP toets om de BPM (beats per minuut = tracksnelheid) meetmethode in te stellen.

AUTO:De BPM van het muziekingangssignaal wordt automatisch gedetecteerd.

TAP: De BPM wordt handmatig ingevoerd door tikken op de TAP toets.

Bij het inschakelen van het apparaat komt de functie in de [AUTO] stand te staan.

De indicator voor de gekozen instelling [AUTO/TAP] licht op het display op.

Als de BPM van een track niet automatisch gedetecteerd kan worden, zal de BPM teller van het display knipperen.

Het effectieve bereik in de AUTO stand is 70 tot 180 BPM.

Het is mogelijk dat bij sommige tracks geen nauwkeurige meting kan worden uitgevoerd.

In dit geval kunt u de TAP stand gebruiken voor het handmatig invoeren van de BPM.

[Gebruik van de TAP toets voor het handmatig invoeren van de BPM]

Als tweemaal of vaker op de TAP toets wordt gedrukt, synchroon met de beat (1/4 noten), zal de BPM worden opgenomen als de gemiddelde waarde die gedurende dat interval is vastgesteld.

Wanneer de BPM functie is ingesteld op [AUTO], zal bij tikken op de TAP toets de BPM functie overschakelen naar de TAP stand en wordt het interval gemeten waarop de TAP toets wordt ingedrukt.

Als de BPM via de TAP toets wordt ingesteld, wordt het beat-veelvoud “1/1” (of “4/1”, afhankelijk van het gekozen effect) en de tijd voor 1 beat (1/4 noten) of 4 beats wordt als de effecttijd ingesteld.

Als de TIME regelaar wordt rondgedraaid terwijl de TAP toets ingedrukt wordt gehouden, kan handmatig een directe BPM worden ingesteld.

Als de TIME regelaar wordt rondgedraaid terwijl de TAP toets en de AUTO/TAP toets ingedrukt worden gehouden, kan de BPM in eenheden van 0,1 worden ingesteld.

2.Zet de effectkeuzeschakelaar op het gewenste effect.

Op het display wordt de naam van het gekozen effect aangegeven.

Zie blz. 98 tot 99 voor verdere informatie over de diverse effecten.

3.Zet de effectkanaal-keuzeschakelaar op het kanaal waarop u het effect wilt toepassen.

De kanaalnaamindicator op het display toont de naam van het gekozen kanaal met een rood kader eromheen.

Als [MIC] wordt gekozen, zal het effect op microfoon 1 en microfoon 2 worden toegepast.

4.Druk op de BEAT toets (2, 3) om het beat-veelvoud te kiezen waarmee het effect gesynchroniseerd moet worden.

Als 3 wordt ingedrukt zal de beat-telling die berekend is op basis van de BPM verdubbeld worden en als 2 wordt ingedrukt zal de beat-telling die berekend is op basis van de BPM gehalveerd worden (bij sommige effecten is ook de “3/4” instelling mogelijk).

Het veelvoud van de gekozen beat (parameter 1 positie) wordt in zeven gedeelten op het display aangegeven (zie blz. 95).

De effecttijd die correspondeert met het beat-veelvoud wordt automatisch ingesteld.

Voorbeeld: Bij BPM = 120 1/1 = 500 ms

1/2 = 250 ms 2/1 = 1 000 ms

5.Zet de ON/OFF toets op ON om het effect in te schakelen.

Telkens wanneer op de toets wordt gedrukt, zal het effect omschakelen tussen ON/OFF (bij het inschakelen van het apparaat komt de functie op OFF te staan).

De ON/OFF toets knippert wanneer het effect op ON staat.

Parameter 1

Gebruik de TIME (PARAMETER 1) regelaar om de tijdelijke parameter (tijd) voor het gekozen effect in te stellen.

Zie blz. 102 voor verdere informatie over de invloed die het ronddraaien van de TIME (PARAMETER 1) regelaar heeft op parameter 1.

Parameter 2

Gebruik de LEVEL/DEPTH (PARAMETER 2) regelaar om de kwantitatieve parameter (tijd) voor het gekozen effect in te stellen. Zie blz. 102 voor verdere informatie over de invloed die het ronddraaien van de LEVEL/DEPTH (PARAMETER 2) regelaar heeft op parameter 2.

100

<DRB1392> Du

Page 100
Image 100
Pioneer DJM-800 Effectfuncties BEAT-EFFECTEN Produceren, Zet de effectkeuzeschakelaar op het gewenste effect