
kap en de veer niet juist werken, moeten deze hersteld worden voordat u het ger- eedschap gebruikt.
Het is mogelijk dat de onderste bescherm- kap niet vlot sluit als gevolg van beschadigde onderdelen, kleverige afzettingen of opeen- hoping van vuil.
3)De onderste beschermkap mag alleen met de hand worden teruggetrokken voor speciale bewerkingen, zoals het zagen van "uitsparingen" of het "samengesteld zagen". Haal de onderste beschermkap met de terugtrekhendel omhoog en laat de beschermkap los zodra het mes in het materiaal zaagt.
Voor alle andere zaagbewerkingen moet u de onderste beschermkap automatisch laten werken.
4)Let er steeds op dat de onderste bescher- mkap het zaagblad volledig afdekt voordat u het gereedschap op een werkbank of de vloer legt.
Een niet beschermd, nog draaiend zaagblad zal er toe leiden dat het gereedschap achter- uit beweegt en alles op haar weg doorzaagt. Houd er rekening mee dat het even duurt voordat het zaagblad tot stilstand komt nadat de schakelaar is losgelaten.
5)Gebruik geen slijpwielen.
6)Draag altijd een stofmasker als er bij het werk stof vrijkomt.
7)Gebruik zaagbladen die door de fabrikant worden aanbevolen.
8)Draag oorbescherming wanneer u het gereedschap langere tijd achter elkaar gebruikt.
9)Het risico op een terugslag is groter naar- mate de lading van de accu afneemt.
10)Zorg ervoor dat u het materiaal inspecteert. Let erop dat u geen ander materiaal door- zaagt.
11)Laat het gereedschap niet vallen.
12)Laat het gereedschap niet slingeren.
13)Voorkom dat de ventilatieopeningen afgedekt worden en zorg ervoor dat ze stofvrij worden gehouden.
14)Klem het gereedschap niet in een bank- schroef. Zaag nooit terwijl het gereedschap ondersteboven in een bankschroef is gek- lemd. Dit is bijzonder gevaarlijk en kan ern- stige ongevallen tot gevolg hebben.
15)Draag nooit gebreide handschoenen.
16)Let er bij gebruik van het gereedschap op een hoge plaats op dat niemand zich onder het gereedschap bevindt.
17)Raak het zaagblad niet meteen na het zagen aan. Het zaagblad kan bijzonder heet zijn en brandwonden veroorzaken.
18)Raak het materiaal niet aan nadat het gezaagd is. Het gezaagde materiaal kan bij- zonder heet zijn.
19)Gebruik geen snijolie. Het gebruik van snijolie kan brand veroorzaken.
20)Zaag geen werkstukken die bedekt of ver- vuild zijn met benzine, olie, oplosmiddelen, witte spiritus enz.
Blootstelling aan deze materialen kan beschadiging van de doorzichtige besch- ermkap veroorzaken.
21)Verwijder de doorzichtige beschermkap en de onderste beschermkap niet. Als de doorzichtige beschermkap en de onderste beschermkap worden verwijderd of bescha- digd zijn, moet u het gereedschap naar een erkende hersteldienst brengen om de onder delen te laten vervangen.
22)Start het zaagblad niet wanneer dit in con- tact is met het werkstuk. Wacht totdat het zaagblad de volle snelheid heeft bereikt voordat u begint met zagen.
Symbool
| Symbool | Betekenis | |||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
| V | Volt | |||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
| Gelijkstroom |
|
|
|
|
|
|
| |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
| n0 | Onbelaste snelheid | |||
|
|
|
|
|
|
|
|
| ··· | Omwentelingen of toeren | |||||
| per minuut | ||||||
|
|
|
|
|
|
| |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
| A | Ampère | |||
|
|
|
|
|
|
|
|
WAARSCHUWING
•Gebruik enkel Panasonic accu's die bestemd zijn voor gebruik met dit oplaadbare gereed- schap.
•Gooi de accu nooit in vuur of stel deze ook niet aan overmatige hitte bloot.
•Sla geen nagels en dergelijke in de accu en stel deze ook niet bloot aan schokken. Probeer de accu ook niet te demonteren of er wijzigin- gen in aan te brengen.
- 77 -