Na het programmeren van de polswaarde niet de
U kunt de trapweerstand bij elk vastgelegd belastingsniveau manueel in- stellen. De grafische weergave (5) past zich dienovereenkomstig aan. (Wissel op
Na de selectie van het trainingsprogramma verschijnt in het display het respektievelijke programmanummer en na 2 secondern de eerste 12 zui- len (=12 minuten) in het grafisch display (5), die het verloop weergeven. De tijdindicatie geeft de duur aan, alle anderen waarden staan op nul.
Als u met de pedaalomwentelingen begint, vangt de tijdindicatie (7) aan, terug te lopen. De kilojoule en afstandindicatie (3 en 9) tellen opwaarts, terwijl de indicaties voor prestatie (4), pedaalomwentelingen (2) en snel- heid (8) de aktuele waarden aantoonen.
Bij onderbreking van de trainingseenheid bijft de gekozen koers daar staan, waar hij onderbroken werd. Dit geldt ook voor het energieverbruik en de afstand. Bij weeropname van de training wordt van dit punt, waar de onderbreking was, verder geteld.
Polsgecontroleerd programma
Kies met de
De computergestuurde wervelstroomrem van de ergometer verhoogt de trapweerstand zo lang tot de geprogrammeerde optimale trainingspols binnen de toegelaten speelruimte van +/- 5 slagen/minuut ligt.
In het verdere verloop wordt het bijhouden van een voorgegeven pols- frequentie automatisch gecontroleerd.
Voor een optimale hartfrequentiecontrole is het bijhouden van een ge- programmeerde
De grafische afbeelding van het belastingsprofiel (5) en de andere func- ties worden zo angegeven als boven beschreven.
Opmerking
Het in de computerelektronica aangegeven energieverbruik ligt 4 maal hoger dan de aan de ergometer omgezette mechanische prestatie. Deze programmering baseert op het feit, dat het lichaamelijk energieverbruik bij het fietsen (ergometer) om ca. 4 maal hoger ligt als de op te brengen mechanische prestatie van de ergometer. Dit betekent dat de effectiviteit van de oefenaar aan de ergometer maar met ca. 25% te evalueren is. Het energieverbruik wordt in kilojoules aangegeven. 4 186 kilojoules is gelijk 1 calorie.
De ergometer is onafhankelijk van het toerental. Dit betekent, dat onaf- hankelijk van de verhoging of vermindering van de trapfrequentie door de oefenaar, de ergometer automatisch met hulp van de elektromotori- sche sturing van de wervelstroomrem, de persoonlijk aangegeven of door een programma geprogrammeerde Wattwaarden correct aanhoudt en re- gelt. Hierbij bereikt de ergometer de hoge afleesnauwkeurigheid volgens DIN EN 957 - 1/5, categorie A.
Alleen de boven en in het volgende beschreven speelruimte van de toe- gelaten pedaalomwentelingen (prestatiebereik) moet voor een exacte pre- statieindicatie worden ingehouden. Zij wordt door pijlsymbolen (11) aan- gegeven.
o/min |
|
|
|
|
|
|
|
120 |
|
|
|
|
|
|
|
110 |
|
|
|
|
|
|
|
100 | Prestatiebereik |
|
|
| |||
90 |
|
|
| ||||
80 |
|
|
| ||||
70 |
|
|
|
|
|
|
|
60 |
|
|
|
|
|
|
|
50 |
|
|
|
|
|
|
|
40 |
|
|
|
|
|
|
|
30 |
|
|
|
|
|
|
|
20 |
|
|
|
|
|
|
|
10 |
|
|
|
|
|
|
|
25 50 | 100 | 150 | 200 | 250 | 300 | 350 | 400 |
Prestatie (Watt)
Polsmeting
De polssensor werkt met infraroodlicht en meet de veranderingen van de lichtdoorlaatbaarheid van uw huid, die door de polsslag wordt veroor- zaakt. Voor u de posmeter aan het oorlelletje bevestigt, dient u dit 10 keer krachtig te wrijven, om de bloedsomloop te stimuleren. De polsme- ting begint, zodra het hartsymbool op het displayveld in het ritme van uw polsslag blinkt. Wegens de noodzakelijke hoge versterking van de bin- nenkomende impulsen van de sensor dienen storingsimpulsen te worden vermeden.
*Bevestig de oorclip zorgvuldig aan uw oorlelletje.
*Oefen niet direkt onder een sterke lichtinval, bijv.
*Vermijd schokken en waggelen van de oorsensor en het kabel. Beve- stig het kabel altijd met een klem aan uw kleding.
Mocht zich toch een foutieve aanduiding voordoen, controleer nog eens de bovengenoemde punten.
Toebehoren voor de polsmeting
Er bestaat ook de mogelijkheid de ergometer met een kabelloos pols- meetsysteem uit te rusten. De KETTLER
Rustpolsmeting
De trainingscomputer is uitgerust met een functie om de polsslag in rust te meten. Daardoor is het mogelijk, aan het einde van de training uw rust- pols te meten. Druk bij het einde van de training de
De actuele rustpols verschijnt in het displayveld (10).
Na afloop van de rustpolsmeting wordt een
Vergelijk uw belastingspols bij het einde van de training met de rustpols een minuut na het einde van de training. De computer berekent en ana- lyseert het verschil en de hieruit resulterende “fitnessindex” volgens deze formule:
| ( | 10 | P | 1 | ) | |
F = 6 |
|
|
|
|
|
|
P1 = Belastingspolsslag
P2 = Rust - polsslag na 1 minuut ∆P = Pulsdifferenz ( P 1 P 2 )
index 1,0 = zeer goed index 6,0 = onvoldoende
De vergelijking van de belastingspols en de rustpols is een eenvoudige en snelle mogelijkheid om uw conditie te controleren. De fitnessindex is een orientatiehulp bij het bepalen van de snelheid waarmee uw polsslag zich na lichaamelijke inspanningen herstelt. Bij regelmatige hart- en bloedsomlooptraining zult u vaststellen, dat dit “waarderingscijfer” hoger wordt.
26