5.Druk op de
•De weergave wordt gestart vanaf de eerste track in de geselecteerde map.
•Zodra de laatste track in de geselecteerde
map is weergegeven, wordt de weergave hervat vanaf het begin van de eerste track in de geselecteerde map en worden de tracks herhaald.
✽Wanneer de
1.Stel de weergavestand in op continue weergave. (Voorkeuzefunctie)
2.Druk in de stopstand op de
3.Druk op de
•De
4.Druk op de
•De CD wordt herhaaldelijk weergegeven.
•Zodra de laatste track op de CD is weergegeven, wordt de weergave hervat vanaf het begin van de eerste track.
2Herhaalde weergave van één track1.Stel de weergavestand in op enkelvoudige weergave. (Voorkeuzefunctie)
2.Druk op de
•De “REPEAT
3.Kies met de automatische zoektoetsen (8en 9) o !0 de track die u herhaaldelijk wilt weergeven.
4.Druk op de
•De weergave begint.
•Het muziekstuk wordt vanaf het begin herhaald zodra het afgelopen is.
•U kunt de herhaalmodus voor één muziekstuk ook instellen door tijdens de weergave op de
•Druk enkele keren op de
NEDERLANDS
8DE COMPACT DISC
Voorzorgsmaatregelen bij het hanteren van compact discs•Zorg ervoor dat het oppervlak van de compact disc vrij blijft van vingerafdrukken, olie of stof. Als het signaaloppervlak vuil is, moet u het schoonvegen met een droge, zachte doek. Veeg in cirkelvormige bewegingen vanaf het midden naar buiten.
•Reinig CD’s nooit met water, benzeen, verfverdunner, platensprays,
•Behandel CD’s steeds met zorg, om schade aan het
•Buig compact discs niet.
•Stel compact discs niet bloot aan warmte.
•Maak het gat in het midden van de CD niet groter.
•Schrijf niet op de CD en plak er evenmin etiketten op.
•Er zullen condensatiedruppels op het
•Berg een CD altijd op in zijn doosje nadat hij is weergegeven.
•Berg CD’s op in hun doosjes wanneer u ze niet weergeeft. Zo blijven ze beschermd tegen stof en vuil en gaan ze langer mee.
•Berg CD’s niet op op de volgende plaatsen:
1)Plaatsen die gedurende lange tijd blootgesteld zijn aan rechtstreeks zonlicht.
2)Plaatsen die onderhevig zijn aan stofophoping of een hoge vochtigheid.
3)Plaatsen die blootgesteld zijn aan hoge
temperaturen, bijvoorbeeld dicht bij verwarmingstoestellen.
9WEERGAVE BIJ INSCHAKELING
De weergave wordt automatisch gestart bij het inschakelen van de spanning.
•De weergave bij inschakeling kan worden ingesteld met de “VOORKEUZEFUNCTIES EN BEDIENINGEN” (zie bladzijde 63).
10UITGEBREIDE FUNCTIE
Meerde
•Zie afbeelding 1 voor het aansluiten van de toestellen.
•Gebruik één
•Wanneer het eerste en het laatste toestel zijn aangesloten zoals aangegeven in afbeelding 1, vindt een eindeloze weergave plaats.
•Wanneer het eerste en het laatste toestel niet zijn aangesloten, stopt de bediening bij het laatste toestel.
Cascadeweergave1.Zet de cascadestand van alle toestellen op Cascade aan “Cas=ON”. (Voorkeuzefunctie)
2.Druk op de
• Weergave eindigt op toestel 1, weergave start op toestel 2.
3.De weergave stopt wanneer de stoptoets wordt ingedrukt op het toestel dat aan het weergeven is.
Afbeelding 1Toestel 1
Toestel 2
62