HOOFDSTUK 4 BEDIENINGSPANEEL

Opmerkingen

Schrijft u het eerste of tweede font weg naar de geheugenkaart, let dan op het volgende:

￿Het lettertype wordt eerst tijdelijk in het printergeheugen opgeslagen. Heeft het font meer geheugen nodig dan er beschikbaar is, dan volgt er een foutmelding. Deze foutmelding kunt u met de CONTINUE-toets wissen. Omdat nu niet alle fontgegevens in het geheugen zijn opgeslagen, kan het font niet worden weggeschreven naar de kaart. Als de fontgegevens wel kunnen worden opgeslagen, wordt de printer teruggesteld, zodat er zo veel mogelijk geheugen beschikbaar is. Achtergebleven gegevens worden afgedrukt.

￿Schrijft u een font weg terwijl de printer in de stand voor 600 of 1200 dpi staat, dan kan het weggeschreven lettertype niet met een resolutie van 300 dpi worden gebruikt.

￿Download font

Opmerkingen

￿Het “Download font” menu verschijnt alleen in de HP LaserJet- emulatiestand.

￿Druk voordat u naar dit menu overschakelt een fontlijst af met behulp van de TEST-toets, zodat u de identificatie van het download font kunt controleren. Selecteer in dit menu het lettertype met dezelfde identificatie als het font op de lijst.

Bevinden zich download fonts in het printergeheugen, dan kunnen deze op de Flash-geheugenkaart of de HDD-kaart worden weggeschreven.

De printer vraagt u de identificatie op te geven van het weg te schrijven font. U vindt deze ID in de fontlijst. Druk op of om de cursor op de identificatie van het gewenste lettertype te zetten en selecteer deze m.b.v. SET.

FONT-ID=#####

Opmerking

De identificatie van het download font verschijnt niet als er geen download lettertypen naar de printer zijn gestuurd.

Na het kiezen van de gewenste identificatie drukt u weer op de SET-toets zodat de printer het gekozen download font wegschrijft op de Flash- geheugenkaart. Vector lettertypen of rasterfonts worden met de oorspronkelijke indeling weggeschreven.

4-43