Werken met een subwoofer

Wanneer u aan de achterkant van de eenheid een subwoofer hebt aangesloten op de aansluiting met de markering SUBWOOFER OUT, kunt u in uw auto genieten van een voller basgeluid en een realistischere theater-weergave.

• Raadpleeg hiervoor de instructies die bij de subwoofer werden meegeleverd.

Om de begrensende frequentie van de subwoofer in te stellen, gaat u als volgt te werk. Wanneer er een subwoofer op deze eenheid is aangesloten, dient u een geschikte afbreekfrequentie te kiezen. Bij het verlaten van de fabriek is de afbreekfrequentie standaard ingesteld op “MID”.

FREQ LOW: Frequenties boven 50 Hz worden niet door de subwoofer weergegeven.

FREQ MID: Frequenties boven 80 Hz worden niet door de subwoofer weergegeven.

FREQ HIGH: Frequenties boven 120 Hz worden niet door de subwoofer weergegeven.

1Druk gedurende minimaal 2 seconden op de toets SEL zodat een van de PSM-items op de display verschijnt.

2Druk herhaaldelijk op de toets ¢ of 4 tot de vermelding “WOOFER FREQ” op de display verschijnt.

3Druk op + of – om de gewenste begrenzingsfrequentie te selecteren.

4Druk nogmaals op de toets SEL om het instellen te voltooien.

Voor het aanpassen van het uitvoervolume van de subwoofer, verwijzen we u naar de

paragraaf “Geluid aanpassen” op bladzijde 25.

NEDERLANDS

69