Tijdens het koken
•Zet het vuur lager wanneer er continu stoom door de werkingsklep komt en u een regelma- tig sisgeluid (PSCHHHT) hoort.
•Stel de timer in volgens de kooktijd vermeld in uw recept.
•Controleer tijdens het koken of de klep regel- matig ruist. Zet het vuur iets hoger als er niet genoeg stoom is. Zet het vuur lager als er te veel stoom is.
De drukindicator (E) verhindert de snelkookpan om de druk te verhogen als deze laatste niet correct werd afgesloten.
NL
De drukindicator (E) verhindert het openen van de snelkookpan als deze nog steeds onder druk staat.
Als de drukindicator (E) niet zakt, doopt u de bodem van uw snelkookpan in een spoelbak gevuld met koud water - fig. 13. Kom nooit aan de drukindicator.
Als er voedsel of vloei- stof uit de pan begint te spuiten terwijl u de stoom laat ontsnappen, draait u de werkings- klep (A) weer naar de
kookpositie om vervolgens een snelle decompressie uit te voeren.
Einde van de kooktijd
Om de stoom vrij te geven:
Nadat u het vuur uit hebt gezet, hebt u twee mo- gelijkheden:
- De druk traag vrijgeven:
•Draai aan de werkingsklep (A) om te kiezen
aan welke snelheid u de stoom wilt vrijgeven,
tot hij stopt aan .
•Wanneer de drukindicator (E) daalt: uw snel- kookpan staat niet langer onder druk.
-De druk snel vrijgeven:
•Doop de bodem van uw snelkookpan in een spoel- bak gevuld met koud water - fig. 13.
•Wanneer de drukindicator (E) weer zakt, staat uw
snelkookpan niet meer onder druk. Zet het water
uit en draai het positieteken van de wer- kingsklep (A) tot hij stopt aan .
•U kunt de snelkookpan nu openen - fig. 1 - 2.
-Bij het koken van schuimig of zetmeelrijk voedsel, laat u de stoom niet vrij en wacht u tot de dru- kindicator zakt voor u de pan opent. Verminder de aanbevolen kooktijd een beetje.
•U kunt de snelkookpan nu openen - fig. 1 - 2.
31