Hoofdstuk
02Bediening van het toestel
!De instellingen zijn gebaseerd op het FM- volumeniveau, dat u niet kunt wijzigen.
!Het
1Vergelijk het volumeniveau van de sig- naalbron die u wilt aanpassen met het FM- volumeniveau.
2Druk op AUDIO en selecteer SLA.
3Druk op a of b om het volume van de signaalbron aan te passen.
U kunt het volume van de signaalbron verho- gen of verlagen tussen de waarden SLA +4 en SLA
toond.
# Druk op BAND om terug te keren naar het normale display.
De FM-afstemstap instellen
Standaard wordt er bij automatisch afstem- men een
!Bij handmatig afstemmen blijft de afstem- stap 50 kHz.
1Druk op FUNCTION en selecteer FM.
2Druk op c of d en selecteer de
Druk op c om 50 (50 kHz) te selecteren. Druk op d om 100 (100 kHz) te selecteren.
Overige functies
De begininstellingen aanpassen
Uitgaande van de begininstellingen van het systeem kunt u verschillende instellingen aan uw wensen aanpassen.
1Houd SOURCE ingedrukt tot het toestel uit gaat.
2Houd SOURCE ingedrukt tot de functie- naam op het display verschijnt.
3Druk op FUNCTION en selecteer een van de begininstellingen.
Druk meerdere keren op FUNCTION om één van de volgende instellingen te selecteren: FM
Volg onderstaande instructies om deze instel-
lingen aan te passen.
# Druk op BAND om het aanpassen van begin-
instellingen te annuleren.
# U kunt de begininstellingen ook annuleren door SOURCE ingedrukt te houden tot het appa- raat uit gaat.
De automatische PI-zoekfunctie in- of uitschakelen
Het toestel kan automatisch zoeken naar een andere zender met gelijkaardige program- ma’s, ook bij het oproepen van voorkeuzezen- ders.
1Druk op FUNCTION en selecteer
2Druk op a of b om de automatische PI- zoekfunctie aan of uit te zetten.
De externe ingang in- of uitschakelen
Dit toestel kan gebruikt worden met externe apparaten. Als er externe apparaten op dit toe- stel zijn aangesloten, moet u de externe aan- sluiting inschakelen.
1Druk op FUNCTION en selecteer AUX.
2Druk op a of b om de externe aanslui- ting in of uit te schakelen.
86 Nl