Lime as extremidades do trilho e lados
para ficarem em esquadria
Ranhura desgastada | Corrija a ranhura |
Troque a barra guia quando a ranhura estiver gasta, a barra guia estiver envergada ou rachada, ou na ocorrência de excesso de calor ou queimadura dos trilhos. Se for necessário trocar a barra, use apenas a barra guia especificada na lista de peças de reparo para a sua serra.
VELA
A vela deverá ser trocada a cada ano para assegurar que o motor ligue com mais facilidade e opere melhor. O tempo de ignição é fixo e não é ajustável.
1. | Afrouxe os 3 parafusos da cobertura do |
| cilindro. |
2. | Remova a cobertura do cilindro. |
Ferramentas necessárias:
S Lima redonda com 5/32 pol (4 mm) de diâmetro e suporte da lima
SLima plana
SCalibrador de profundidade
PARA AFIAR A CORRENTE:
1.Mova o interruptor ON/STOP para a po- sição STOP.
2.Verifique se a corrente está bem esticada. Ajuste a tensão da corrente, se ne- cessário.
3.Afie as cortadores.
SPara afiar as cortadores, nivele o suporte da lima (90˚) de modo a ficar apoiado nas extremidades superiores da cortador e do indicador de profundidade.
NOTA: A corrente possui cortadores no lado esquerdo e direito.
Suporte da lima
Lima
SIndien de rem reeds is geactiveerd, wordt deze uitgeschakeld door de voorste hand- bescherming zover mogelijk naar de voorste handgreep te trekken.SBij het za- gen met de kettingzaag, dient de kettin- grem niet te zijn geactiveerd.
Uitgeschakeld
Ingeschakeld
Controle van functioneren kettin- grem
WAARSCHUWING: De kettin--
grem moet dagelijks verschillende keren worden gecontroleerd. Bij het uitvoeren van
Zet de zaag op stevige ondergrond. Pak de achterste hendel met uw rechterhand beet, en de voorste hendel met uw linkerhand. Geef vol gas door de gashendel volledig in te trekken. Activeer de kettingrem door uw linkerpols te- gen de handbescherming aan te draaien en zonder de voorste hendel los te laten. De ket- ting moet onmiddellijk stoppen.
Controle van activeren door traagheid
WAARSCHUWING: Bij het uit-
voeren van de volgende procedure moet de motor uitgeschakeld zijn.
Pak de achterste hendel met uw rechterhand beet, en de voorste hendel met uw linkerhand. Houd de kettingzaag ongeveer 35 cm boven een boomstronk of ander voorwerp met een houten oppervlak. Laat de voorste hendel los en gebruik het gewicht van de zaag om de bo- venkant van de zaagblad naar voren te laten vallen en in aanraking te laten komen met de
3. | Remova o protetor da vela. |
4. | Remova a vela do cilindro e descarte. |
5. | Instale uma vela Torch R7 e aperte com |
| firmeza usando uma chave de soquete |
Cortador
90˚
Indicador de
deze procedure moet de motor draaien. Dit is de enige keer dat de zaag op de grond moet worden gezet terwijl de motor loopt.
boomstronk. Wanneer de tip van de stang de boomstronk raakt, moet de rem geactiveerd worden.
de 19 mm. O espaço da vela deverá ser |
profundidade
SNIJMETHODEN
| de 0,5 mm. |
6. | Reinstale o protetor da vela. |
7. | Reinstale a cobertura do cilindro e os 3 |
| parafusos. Aperte com firmeza. |
| Parafusos da |
Parafusos | cobertura do |
Protetor | cilindro |
| |
de vela |
|
Vela |
|
AFIAR A CORRENTE
ATENÇÃO!: Técnicas impróprias para afiar a corrente e/ou uma manutenção incorrecta do indicador de profundidade aumentam a probabilidade de ricochete, o que pode provocar ferimentos graves.
ATENÇÃO!: Use luvas de protecção quando manusear a corrente. A corrente é afiada e pode cortar mesmo que não esteja em movimento.
Condições que indicam a necessidade de afiar a corrente:
S Redução do tamanho das aparas de madeira. O tamanho das aparas diminui à medida que a corrente fica embotada até se tornar praticamente em pó. Não se esqueça que a madeira morta ou podre não produz boas aparas.
S A serra corta para um lado ou num determinado ângulo.
S É necessário forçar a serra ao longo do corte.
SAlinhe as marcas de 30˚ do suporte da lima em paralelo com a barra e no centro da corrente.
Cortador
30˚ Cortador Marca di suporte da lima
SAfie primeiro as cortadores num dos lados da corrente. Afie do interior para o exterior de cada cortador. Em
seguida, vire a motosserra e repita o processo no outro lado da corrente.
SAfie apenas o curso de avanço. Use 2
ou 3 cursos por extremidade de corte.
SMantenha todas as cortadores com o mesmo comprimento quando limar.
SLime o suficiente para retirar qualquer imperfeição nas extremidades de corte (parte lateral e parte superior da
cortador). |
|
|
Todas las cortadores | Remover | |
com o mesmo | imperfeição | |
comprimento |
|
|
| Parte | Parte |
| superior | |
|
| lateral |
SLime a corrente de acordo com as especificações, como indicado.
80˚60˚
30˚
BELANGRIJKE PUNTEN
WAARSCHUWING: Soms komen
er snippers vast te zitten in het koppeling- deksel waardoor de ketting vastloopt. Zet de motor altijd uit voordat wordt begonnen met schoonmaken.
SControleer de kettingspanning altijd bij elk gebruik, en vul uw zaag op met brandstof. Zie de DE KETTINGSPANNING CON- TROLEREN op MONTAGE.
SZaag alleen hout. Zaag geen metaal, ma-
terialen van plastic, metselwerk,
SDe stootpunt kan worden gebruikt als een draaipunt bij het zagen.
S Stop de zaag wanneer de ketting een vreemd voorwerp raakt. Controleer de zaag en vervang indien nodig onderdelen.
SHoud de ketting uit de buurt van modder en zand. Zelfs een kleine hoeveelheid modder
zal een ketting snel spanningsloos maken en de kans op terugslag doen toenemen.
S Oefen met zagen op een aantal kleine boomstammen door middel van de vol- gende technieken om u een ”gevoel” voor het gebruik van uw zaag te geven, voordat u met het grote zaagwerk begint.
SKnijp de gashendel in en geef de motor gelegenheid op volle snelheid te ko-
men voordat u met zagen begint.
SBegin met zagen met het zaagframe te-
gen de boomstam.
SHoud de motor op volle snelheid gedu- rende de volledige tijd dat u aan het za-
gen bent.
SLaat de ketting het zagen voor u te doen. Oefen slechts lichte neerwaartse druk uit.
SLaat de gashendel los zodra het zagen is voltooid, zodat de motor stationair kan draaien. Indien u de zaag op volle snel- heid laat draaien zonder dat er iets te za-
gen is, kan er onnodige slijtage optreden.
SOm te voorkomen dat u de controle verliest zodra het zagen voltooid is, di-
ent u geen druk uit te oefenen op de zaag bij het einde van het zagen.
SStop de motor voordat u de zaag neerlegt.
TECHNIEKEN VOOR HET VELLEN VAN BOMEN
WAARSCHUWING: Zaag niet in
de buurt van gebouwen of elektrische bedra- ding indien u niet weet in welke richting de boom zal vallen, niet ’s nachts omdat u dan niet goed kunt zien, of niet tijdens slecht weer zoals regen, sneeuw of sterke wind omdat het vallen dan onvoorspelbaar is.
Maak eerst een zorgvuldige planning voor uw zaagwerkzaamheden. U heeft een leeg werkterrein rondom de boom nodig zodat u stevig kunt staan. Controleer op gebroken of dode takken die kunnen vallen en u ernstig letsel kunnen bezorgen.
De volgende natuurlijke omstandigheden kunnen ervoor zorgen dat de boom in een bepaalde richting zal vallen:
SDe windrichting en --snelheid.
SDe overhelling van een boom. De overhel- ling van een boom hoeft niet altijd duidelijk te zijn vanwege ongelijk of hellend terrein. Gebruik een schietlood of een waterpas om de richting van het overhellen van de
boom te bepalen.
SGewicht en takken aan één kant. S Omringende bomen en obstakels.
52 | 29 |