
Objectieven zonder CPU
Wanneer er een objectief zonder CPU is bevestigd en u heeft het maximum diafragma van het
objectief opgegeven bij het onderdeel |
| 124), | |||||
dan wordt het huidige |
|
|
| ||||
|
|
| |||||
zijnde hele stop. Wanneer u het maximum diafragma niet |
|
|
|
|
|
| |
|
|
|
|
| |||
heeft opgegeven, dan toont de |
|
|
| ||||
aantal stops ( , met als maximum diafragma | ) en moet |
|
|
|
u het
Elektronische analoge belichtingsindicator
De elektronische analoge belichtingsindicator in het
“EV Step” staat op “1/3 step” “EV Step” staat op “1/2 step” “EV Step” staat op “1 step”
Zoe- | Zoe- | Zoe- | |||
bovenop camera | ker | bovenop camera | ker | bovenop camera | ker |
Optimale belichting
1/3 LW onderbelicht | ½ LW onderbelicht | 1 LW onderbelicht |
Meer dan 3 LW* overbelicht
* bij 1/3 step, verschijnt | in de zoeker wanneer de foto meer dan 2LW overbelicht wordt. |
b3—EV Step (
184)
Met behulp van deze optie kunt u bepalen of de sluitertijd en het diafragma worden gewij- zigd in stappen van 1/3 LW (de standaardinstelling), ½ LW of 1 LW.
d4—Long Exp. NR (
190)
Om de hoeveelheid ruis bij sluitertijden van circa ½ sec. of langer te verminderen, kunt u On selecteren bij Persoonlijke Instelling d4. Het duurt dan echter langer om beelden te verwer- ken voordat ze op de geheugenkaart kunnen worden opgeslagen.
f5—Command Dials (
202–203)
Command dials > Change Main/Sub en Command dials > Aperture setting regelt of het diafragma wordt ingesteld met de hoofdinstelschijf, de secundaire instelschijf of de dia- fragmaring op het objectief. Ongeacht de instelling die u hier kiest, worden bij type G objec- tieven altijd de instelschijven gebruikt en bij objectieven zonder CPU altijd de diafragmaring.
Foto’s maken—Belichting
93