Persoonlijke Instelling d1: Shooting Speed
Deze optie regelt de snelheid waarmee u foto’s kunt maken in de CL (continu, lage snelheid) stand. U kunt de snelheid instellen van 1 tot 7 beelden per seconde (bps); de standaard optie is 3 bps. Markeer d1 Shooting speed in het tweede niveau van het
172)en duw de
CSM MENU
d1
OK
instellingen
Persoonlijke Instelling d2: Maximum Shots
U kunt het maximum aantal foto’s dat u in één keer kunt | CSM MENU |
| |||
maken in de continustand als volgt instellen: |
| ||||
d2 |
| ||||
• | Gecomprimeerde NEF (RAW) + JPEG: |
|
|
|
|
• |
|
|
|
| |
• | Gecomprimeerde NEF (RAW): |
|
|
|
|
40 |
| OK | |||
• |
|
|
|
|
•TIFF (RGB):
•JPEG:
Markeer d2 Maximum shots in het tweede niveau van het
Sluitertijd
Bij langere sluitertijden kan het aantal beelden per seconde lager zijn dan de waarde gese- lecteerd bij Persoonlijke Instelling d1.
Intervalfotografie
Bij intervalfotografie bepaalt Persoonlijke Instelling d1 ook het aantal beelden per seconde in de stand S (enkel beeld) en