7 fps
6 fps
5 fps
4 fps
3 fps
2 fps
1 fps

Persoonlijke Instelling d1: Shooting Speed

Menugids—Persoonlijke

Deze optie regelt de snelheid waarmee u foto’s kunt maken in de CL (continu, lage snelheid) stand. U kunt de snelheid instellen van 1 tot 7 beelden per seconde (bps); de standaard optie is 3 bps. Markeer d1 Shooting speed in het tweede niveau van het CSM-menu (

172)en duw de multi-selector naar rechts. Duw de mul- ti-selector omhoog of omlaag om een optie te markeren en vervolgens naar rechts om de optie te selecteren.

CSM MENU

d1 CL-Mode shooting speed

OK

instellingen

Persoonlijke Instelling d2: Maximum Shots

U kunt het maximum aantal foto’s dat u in één keer kunt

CSM MENU

 

maken in de continustand als volgt instellen:

 

d2 C-Mode max. shots

 

Gecomprimeerde NEF (RAW) + JPEG: 1–24

 

 

 

 

Niet-gecomprimeerde NEF (RAW) + JPEG: 1–25

 

 

 

 

Gecomprimeerde NEF (RAW): 1–25

 

 

 

 

40

 

OK

Niet-gecomprimeerde NEF (RAW): 1–26

 

 

 

 

TIFF (RGB): 1–35

JPEG: 1–40

Markeer d2 Maximum shots in het tweede niveau van het CSM-menu ( 172) en duw de multi-selector naar rechts. Duw de multi-selector omhoog of omlaag om een optie te markeren en vervolgens naar rechts om de optie te selecteren.

Sluitertijd

Bij langere sluitertijden kan het aantal beelden per seconde lager zijn dan de waarde gese- lecteerd bij Persoonlijke Instelling d1.

Intervalfotografie

Bij intervalfotografie bepaalt Persoonlijke Instelling d1 ook het aantal beelden per seconde in de stand S (enkel beeld) en M-UP(spiegel omhoog).

188

Page 200
Image 200
Nikon D2H manual Persoonlijke Instelling d1 Shooting Speed, Persoonlijke Instelling d2 Maximum Shots, 188, Sluitertijd