Foutsymptomen en oplossingen

Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de aangesloten computer/apparatuur wanneer de aangesloten computer of andere apparatuur problemen geeft.

Gebruik de zelfdiagnosefunctie (pagina 22) wanneer u het probleem met de volgende aanwijzingen niet op kunt lossen.

Probleem

Controleer deze punten

Geen beeld

Wanneer de 1 (stroom) indicator niet oplicht of indien de 1 (stroom) indicator niet oplicht wanneer de 1 (stroom) schakelaar wordt ingedrukt,

Controleer of het netsnoer goed is aangesloten.

Controleer of de MAIN POWER schakelaar van de computer “aan” staat (pagina 9).

De 1 (stroom) indicator licht rood

• Controleer of de 1 (stroom) schakelaar aan staat.

op.

 

 

 

Indien de 1 (stroom) indicator

• Gebruik de zelfdiagnosefunctie (pagina 22).

groen is,

 

 

 

Indien KABEL NIET

• Controleer of de videosignaalkabel goed is aangesloten en alle stekkers goed vastzitten

AANGESLOTEN op het scherm

(pagina 7).

verschijnt,

• Controleer of de pinnen van de video-ingangsconnector niet verbogen of naar binnen

 

gedrukt zijn.

 

• Controleer of de ingangskeuzeschakelaar instelling correct is (pagina 11).

 

• Er is een videosignaalkabel aangesloten die niet is meegeleverd. Wanneer u een niet

 

meegeleverde videosignaalkabel aansluit, kan KABEL NIET AANGESLOTEN op het

 

scherm verschijnen alvorens over te schakelen naar de stroomspaarstand. Dat is normaal

 

en duidt niet op storing.

 

 

Indien GEEN INPUT SIGNAAL

• Controleer of de videosignaalkabel goed is aangesloten en alle stekkers goed vastzitten

verschijnt op het scherm, of de 1

(pagina 7).

(stroom) indicator oranje oplicht,

• Controleer of de pinnen van de video-ingangsconnector niet verbogen of naar binnen

 

gedrukt zijn.

 

• Controleer of de ingangskeuzeschakelaar instelling correct is (pagina 11).

 

xProbleem veroorzaakt door een aangesloten computer of apparatuur en niet

 

door de monitor

 

De computer staat in de energiespaarstand. Druk op een willekeurige toets op het

 

toetsenbord of verplaats de muis.

 

• Controleer of de grafische kaart goed op de computer is bevestigd.

 

• Controleer of de stroom van de computer “aan” is.

 

 

Als BUITEN SCANBEREIK

xProbleem veroorzaakt door een aangesloten computer of apparatuur en niet

verschijnt op het scherm (pagina 19),

door de monitor

 

• Controleer of het videofrequentiebereik binnen de monitorspecificaties valt. Indien u een

 

oude monitor door deze monitor heeft vervangen, sluit dan de oude monitor weer aan en

 

regel de grafische kaart van de computer in het volgende bereik.

 

Horizontale frequentie: 28 – 61 kHz (SDM-X52) 28 – 92 kHz (SDM-X72/X82)

 

Verticale frequentie: 56 – 75 Hz (SDM-X52) 56 – 85 Hz (SDM-X72/X82)

 

Resolutie: 1024 × 768 of minder (SDM-X52), 1280 × 1024 of minder (SDM-X72/X82)

 

 

Bij gebruik van Windows,

• Indien u een oude monitor door deze monitor heeft vervangen, sluit de oude monitor weer

 

aan en ga als volgt tewerk. Kies “SONY” uit de lijst van “merken” en kies “SDM-X52” of

 

“SDM-X72” of “SDM-X82” uit de lijst van “Modellen” in het Windows-keuzescherm.

 

Indien “SDM-X52” of “SDM-X72” of “SDM-X82” niet in de lijst van “Modellen” staat,

 

probeer dan “Plug & Play” of installeer het informatiebestand voor deze monitor met

 

behulp van de Windows Monitor Information Disk.

Indien u een Macintosh systeem gebruikt,

Gebruik desgevallend een adapter (niet meegeleverd) bij aansluiting op een Macintosh computer. Sluit de adapter aan op de computer alvorens de videosignaalkabel aan te sluiten.

20

Page 174
Image 174
Sony SDM-X52 manual Foutsymptomen en oplossingen, Probleem Controleer deze punten Geen beeld, Door de monitor