Bediening

nl

 

Belangrijk! Voor u begint te maaien

Controleer het oliepeil van de motor.Vul de brandstoftank met brandstof.Controleer de bandenspanning.Controleer of het maaidek waterpas staat.Breng de accukabels aan.

Hulpstukken

U kan deze zitmaaier in combinatie met hulpstukken of appendages zoals een stortkar of verticuteerder gebruiken. U kan deze zitmaaier niet gebruiken in combinatie met hulpstukken of appendages voor het bewerken van de grond zoals een ploeg, schijfeg of cultivator.

Het maximaal toegelaten gewicht voor de stortkar is 90 kg (200 lbs).

De gasklephendel gebruiken

Gebruik de gasklephendel om de snelheid van de motor te verhogen of verlagen.

1.Duw de gasklep-/chokehendel volledig naar voren in de CHOKE-stand om een koude motor te starten (zie Figuur 7).

De mulchplaat installeren

Met de mulchplaat kan u het gras mulchen voor een schoon en fijn maairesultaat. Installeer de mulchplaat als volgt.

1.Volg de stappen van Figuur 9 om de achterwaartse afvoertrechter en trechterverlenging te verwijderen.

2. De stand SNEL wordt aangegeven met een pal. Voor

 

 

2. Monteer de afdekking van de mulcher (1) aan het

normaal gebruik en wanneer u een grasvanger gebruikt,

 

 

maaidek met de bouten (4), onderlegringen (2) en

zet u de gasklephendel in de stand SNEL. Om de accu

 

 

flensborgmoeren (3) (zie Figuur 10).

2. Om het blad te activeren trekt u deReproductionbladrotatieknop

maximaal op te laden en voor een minder warme motor

 

3. Voor het mulchen moet het als accessoire meegeleverde

laat u de motor in de stand SNEL draaien.

 

 

3. De motortoerenregelaar werd in de fabriek ingesteld v

r

mulchblad w rden gem teerd. Raadpleeg een

optimale prestaties. Wijzig de toerenregelaar niet om de

 

e kende dealer.

snelheid van de motor te verhogen.

 

forDe rijsnelheidspedalen gebruiken

De bladrotatieknop gebruiken

 

 

Het aandrijvingssysteem werkt met een hydrostatische

Gebruik de bladrotatieknop om het blad/de bladen

 

 

a tomatische transmissie. De hydrostatische transmissie is

te activeren.

 

 

 

erg gemakkelijk te gebruiken. Dit soort aandrijvingssysteem

1. Voor u de motor start, vergewist u zich ervan dat de

 

 

werkt zonder schakelpook en koppelingspedaal.

 

 

De snelheid en de rijrichting worden bepaald met een

bladrotatieknop in de stand UIT staat (zie Figuur 9).

 

 

 

 

v ruitrijsnelheidspedaal en een achteruitrijsnelheidspedaal

 

Not

 

 

WAARSCHUWING

 

 

die u met uw rechtervoet bedient.

 

 

 

 

Blijf met uw handen en voeten altijd uit de

 

 

NB: Gebruik in normale omstandigheden het linker

 

 

rempedaal niet. Gebruik het linker rempedaal alleen om snel

buurt van het blad, de deflector

 

 

 

 

 

 

tot stilstand te komen in een noodsituatie.

(afvoerbeschermkap) en het maaidek wanneer

 

 

 

de motor draait.

 

 

 

VOORUITRIJDEN

 

 

 

 

omhoog in de stand AAN.

 

 

 

1. De ontkoppeling van de automatische transmissie moet

 

 

 

in de stand RIJDEN staan (zie A, Figuur 11).

NB: Dit model is uitgerust met een verklikker die u laat weten wanneer de zak vol is. Als de bladrotatieknop in de stand AAN staat, klinkt er een zoemtoon wanneer de zak vol is.

3.Om het blad te deactiveren zet u de bladrotatieknop in de stand UIT. Vergewis u ervan dat het blad/de bladen niet langer draaien voor u opstaat van de bestuurdersstoel.

4.Voor u met uw zitmaaier over een voetpad of weg rijdt, zet u de bladrotatieknop in de stand UIT.

2.Laat uw linkervoet traag van het rempedaal komen (zie Figuur 12).

3.Zet de gasklephendel in de stand SNEL (zie Figuur 7).

4.Duw traag het vooruitrijsnelheidspedaal (1) in om de zitmaaier vooruit te laten rijden (zie Figuur 13).

5.Om de snelheid waarmee de zitmaaier vooruitrijdt te verhogen duwt u het vooruitrijsnelheidspedaal traag verder in. Om de snelheid waarmee de zitmaaier vooruitrijdt te verlagen laat u het vooruitrijsnelheidspedaal traag omhoog komen tot de zitmaaier vertraagd is tot de gewenste snelheid.

18