Indien u het gebruikergewicht en de duur van het profiel niet hoeft te veranderen, kunt u de training beginnen door het door u gewenste trainingsprofiel te kiezen en op de Start-toets te drukken.
B. Rolling Hills is een training van het intervaltype, waarbij u tijdens de training zelf de lengte van de te lopen afstand kunt instellen.
1.Dit profiel vereist wel niet het gebruik van de hartslaggordel, maar de gordel geeft u wel interessante extra gegevens over uw prestaties.
Druk de Select-toets tot het signaallampje bij de Rolling Hills-tekst brandt.
3. Druk de Enter-toets in om verder te gaan naar de instelling van de profielafstand. De laatst ingestelde afstand verschijnt in het middelste cijferdisplay. U kunt de waarde ervan veranderen met de pijltoetsen, de uitgangswaarde is 3 km (grenswaarden van 3 km tot 42 km, verandering op schaal van 1 km). Druk de Enter-toets weer in om de instelling te bevestigen. Deze blijft dan in het geheugen van de meter tot ze vervangen wordt door een andere waarde.
4. Druk de Enter-toets in en stel het gebruikergewicht in met de pijltoetsen. Druk de Enter-toets weer in om de instelling te bevestigen. Deze blijft dan in het geheugen van de meter tot ze door een andere waarde vervangen wordt.
5.Druk de Start-toets in: de training begint en de loopmat zet zich in beweging. U kunt uw snelheid regelen met behulp van de snelheidsregeltoets.
6. Door tijdens de training de Stop/Pause-toets
1x in te drukken, blijft de loopmat staan en gaat in een vijf minuten durende pauzetijd over. In die tijd kunt u de onderbroken training voortzetten door op de Start-toets te drukken. Door 2 x op de Stop/Pause-toets te drukken, beeindigt u het trainingsprogramma. Door twee seconden lang op de Stop-toets te drukken, zet u de meter op nul. Daarbij keert de meter in de uitgangspositie terug.
Indien u het gebruikergewicht en de duur van het profiel niet hoeft te veranderen, kunt u de training beginnen door het door u gewenste trainingsprofiel te kiezen en op de Start-toets te drukken.
C. De Fatburner-(vetverbrandings-), Cardio- (conditieverzorgings-) en Fit-(conditieverhogings-) -profielen zijn wat het eisenniveau betreft getrapte hartslagaangepaste trainingsprofielen, waarbij u de duur van de training zelf kunt instellen.
1.De hartslagaangepaste Fatbumer-, Cardio- en Fit-profielen veronderstellen altijd het gebruik van de hartslaggordel. Als de hartslagmeter niet functioneert, verschijnt er in het tekstveld van de display het foutteken HR ERROR. Controleert u in dat geval of u de gegeven aanwijzingen over het gebruik van de hartslaggordel op de juiste manier hebt opgevolgd.
H A N D L E I D I N G • T 5 0
2. Druk de Select-toets tot het signaallampje naast het door u gewenste profiel brandt.
3. Druk de Enter-toets in om naar het instellen van de profielduur over te gaan. De laatst ingestelde duur verschijnt op het cijferdisplay links op de monitor. U kunt met de pijltoetsen de waarden veranderen (grenswaarden van 10 minuten - 10:00 - tot 3 uur - h3:00 - , deze veranderingen op schaal van 5 minuten). Druk de Enter-toets weer in om de instelling te bevestigen. Deze blijft dan in het geheugen van de meter tot ze door een andere waarde vervangen wordt.
4. Druk de Enter-toets in om met de pijltoetsen het gebruikergewicht in te stellen. Druk de Enter- toets weer in om deze instelling te bevestigen. Deze blijft dan in het geheugen van de meter tot ze door een andere waarde vervangen wordt.
5.Druk de Start-toets in: de training kan beginnen en de loopmat zet zich in bewegimng.
6. U kunt het niveau van de hartslag binnen het profiel naar boven en naar beneden op schaal van 5 % aanpassen.
7.Door tijdens de training 1 x de Stop/Pause-toets in te drukken, blijft de loopmat staan en gaat een vijf minuten durende pauzetijd in. Door 2 x op de Stop/Pause-toets te drukken, beeindigt u het trainingsprogramma. Een twee seconden durend drukken op de Stop-toets zet de meter op nul. Dan keert de meter in de uitgangspositie terug.
Indien u het gebruikergewicht en de duur van het profiel niet hoeft te veranderen, kunt u de training beginnen door het door u gekozen hartslagaangepaste profiel te kiezen en op de Star- toets te drukken.
O N D E R H O U D
Controleer een keer per jaar of alle bouten en moeren nog goed vast zitten. Draai ze echter niet te strak aan.
SMERING
Het belangrijkste onderhoud van de looptrainer bestaat uit de smering tussen de loopplaat en de loopmat. Smering is beslist noodzakelijk, wanneer u merkt dat de weerstand tijdens het lopen, van de loopmat toeneemt, of de motor warmer wordt dan normaal; u merkt dat de wrijving is toegenomen als de band schokkend loopt of een branderige lucht geeft. Onvoldoende smering veroorzaakt slijtage aan loopmat, loopplaat, motor en aan de elektronische besturing. Dit kan zelfs leiden tot zeer ernstige beschadiging van deze onderdelen. Met een gemiddeld gebruik (een trainingssessie van 30 minuten drie keer in de week) dient de looptrainer iedere vier tot zes maanden te worden doorgesmeerd met T-Lube. Het aantal keren dat de looptrainer wordt doorgesmeerd kan aan de