Waarschuwing
Waarschuwing
Onderstaande waarschuwingen betreffen installatie, gebruik, aarding, onderhoud en reparatie van deze apparatuur. Het symbool met het uitroepteken in the tekst van deze handleiding verwijst naar een waarschuwing en het gevaren- symbool verwijst naar procedurespecifieke risico’s. Lees deze waarschuwingen. Daarnaast zijn er procedurespeci- fieke waarschuwingen te vinden in de tekst, waar van toepassing.
Aardingsinstructies
Dit product moet worden geaard. Ingeval van kortsluiting vermindert aarding de kans op elektrische schollen doordat er een draad is waardoor de elektrische stroom kan ontsnappen. Dit product heeft een snoer met een aardingsdraad in een goed geaarde stekker. De stekker moet worden aangebracht in een geaard stopcontact dat goed is geïn- stalleerd conform alle ter plekke geldende regels en voorschriften.
WAARSCHUWING
AARDING
•Onjuiste installatie van de aardingsplug kan leiden tot het risico van elektrische schokken.
•Als het snoer of de stekker moet worden gerepareerd of vervangen, mag de massadraad niet worden aangeslo- ten op een van de platte klemmen.
•De draad met de isolatiemantel die van buiten groen met of zonder gele strepen is, is de massadraad.
•Vraag een gediplomeerde elektricien of servicemonteur of het product op de juiste wijze is geaard als u de aardingsinstructies niet volledig begrijpt.
•De meegeleverde stekker niet aanpassen: Als hij niet in het stopcontact past, laat een gediplomeerde elek- tricien dan het juiste stopcontact installeren.
•Dit product is bedoeld voor gebruik in een circuit van 120V nominaal en heeft een aardingsstekker zoals op onderstaande afbeelding is afgebeeld.
•Het product alleen aansluiten op een stopcontact dat dezelfde configuratie heeft als de stekker.
•Geen adapter gebruiken in combinatie met dit product.
Verlengsnoeren:
•Alleen
•Zorg ervoor dat u geen beschadigde verlengsnoer gebruikt. Als een verlengsnoer nodig is, gebruik dan mini- maal een 12 AWG (2.5 mm2) voor de stroom die het product trekt.
•Een ondermaatse snoer resulteert in een val van de lijnspanning, vermogensverlies en oververhitting.
18 | 310820E |