REV ROLL1 2

Origineel

Effect ingeschakeld

1/1 omkeer- herhaling

Omgekeerd en herhaald

Deze functie neemt het inkomend geluid op bij het punt waar de [ON/OFF]-toets wordt ingedrukt, keert het opgenomen geluid om en herhaalt het dan volgens de fractie van de beattoets.

Beat-toetsen (parameter 1)

De effecttijd is instelbaar van 1/8 tot 4/1 ten opzichte van 1 beat

 

van de BPM-tijdswaarde.

TIME (parameter 2)

Gebruik deze om de effecttijd in te stellen.

10 tot 4000 (ms)

 

LEVEL/DEPTH (parame-

Gebruik deze om de balans te regelen van het oorspronkelijke

ter 3)

geluid en de ROLL.

EFFECT FREQUENCY

Gebruik deze om de balans te regelen van het oorspronkelijke

(parameter 4)

geluid en de ROLL voor de verschillende frequentiebanden.

FILTER1

Frequentie

Met deze functie verandert u de grensfrequentie van het filter, overeenkomstig de tijdfractie van de beat-toets.

Deze bepalen de cyclus voor het verstellen van de grensfre- Beat-toetsen (parameter 1) quentie van 1/8 naar 4/1, ten opzichte van 1 beat van de BPM-

tijdswaarde.

 

Gebruik deze om de plaats in te stellen waar de grensfrequentie

TIME (parameter 2)

verplaatst wordt.

 

10 tot 32000 (ms)

 

 

LEVEL/DEPTH (parame-

Hoe verder u de regelknop naar rechts draait, des te gepronon-

ter 3)

ceerder klinkt het effect.

 

 

EFFECT FREQUENCY

Deze bepalen de balans tussen het oorspronkelijke geluid en

(parameter 4)

het effectgeluid voor de diverse frequentiebanden.

 

 

TRANS1

MIN MAX

1/1 beat

 

 

 

 

 

 

 

 

Tijd

 

Gekapt

Gekapt

MIN

MAX

 

 

Gekapt

Gekapt

MIN

MAX

 

EFFECT FREQUENCY

Deze functie kapt het geluid af overeenkomstig de tijdfractie van de beat-toets. Hoeveel geluid er moet worden afgekaptis instelbaar via [EFFECT FREQUENCY].

Beat-toetsen (parameter 1)

Deze bepalen de afkaptijd van 1/8 tot 4/1 ten opzichte van 1

 

beat van de BPM-tijdswaarde.

TIME (parameter 2)

Gebruik deze om de effecttijd in te stellen.

10 tot 16000 (ms)

 

LEVEL/DEPTH (parame-

Regelt de balans tussen het oorspronkelijke geluid en het

ter 3)

effectgeluid.

 

 

EFFECT FREQUENCY

Hiermee kiest u hoeveel van het oorspronkelijk geluid er moet

(parameter 4)

worden afgekapt voor de diverse frequentiebanden.

 

 

PHASER1

Faseverschuiving

Tijd

Cyclus

Het phaser-effect verandert al naar gelang de beattoets-fractie.

Deze bepalen de cyclus voor het verstellen van het phaser- Beat-toetsen (parameter 1) effect van 1/8 naar 4/1, ten opzichte van 1 beat van de BPM-

tijdswaarde.

 

Deze bepaalt de cyclus waarmee het phaser-effect wordt

TIME (parameter 2)

verplaatst.

 

10 tot 32000 (ms)

 

 

 

Hoe verder u de regelknop naar rechts draait, des te gepronon-

LEVEL/DEPTH (parame-

ceerder klinkt het effect.

ter 3)

Wanneer u de knop geheel naar links draait, wordt alleen het

 

oorspronkelijk geluid weergegeven.

 

 

EFFECT FREQUENCY

Gebruik deze om de balans te regelen van het oorspronkelijke

geluid en het effectgeluid voor de verschillende frequentie-

(parameter 4)

banden.

 

 

 

GATE1

Niveau

Drempel

MIN MAX

Tijd

Drempel

MIN MAX

Drempel

MIN MAX

EFFECT FREQUENCY

Deze functie geeft alleen het inkomend geluid weer dat boven een bepaald drem- pelniveau uit komt, en kapt alle inkomend geluid onder dat drempelniveau af. De drempelwaarde is te wijzigen via [EFFECT FREQUENCY].

Beat-toetsen (parameter 1) Deze regelt de uitschakeltijd tussen 1 en 100 %.

Nederlands

 

 

 

het effect, met meer afgekapt geluid.

TIME (parameter 2)

Deze regelt de uitschakeltijd.

 

 

1 tot 100 (%)

 

LEVEL/DEPTH (parame-

Bepaalt het drempelniveau.

 

Hoe verder u de regelknop naar rechts draait, des te sterker is

 

ter 3)

 

 

 

 

 

 

EFFECT FREQUENCY

Gebruik deze om de drempelwaarden in te stellen voor de

 

(parameter 4)

verschillende frequentiebanden.

 

SEND/RETURN1

SEND

RETURN

Effectgenerator

DJM-2000

Hierop kunt u een externe effectgenerator, enz. aansluiten. [EFFECT FREQUENCY] is te gebruiken als isolator.

Beat-toetsen (parameter 1) —

TIME (parameter 2)

LEVEL/DEPTH (parame-

Regelt het niveau van de geluidssignalen die binnenkomen via

ter 3)

de [RETURN]-aansluiting.

EFFECT FREQUENCY

Regelt de geluidssterkte van het weergegeven RETURN-geluid

(parameter 4)

voor de diverse frequentiebanden.

 

 

1Wanneer u “A”, “B” of “M” kiest met de [CH SELECT]-toetsen, kunt u het effectgeluid niet controleren door indrukken van [CUE] (BEAT EFFECT), tenzij het geluid voor het kanaal dat u wilt controleren wordt weergegeven via het [MASTER]-kanaal.

2Wanneer BEAT EFFECT is uitgeschakeld, is het effectgeluid niet te controleren met een druk op [CUE] (BEAT EFFECT).

Nl 23

Page 137
Image 137
Pioneer DJM-2000 operating instructions Frequentie