Professioneel Draadloos UHF systeem
Installatie en Bediening
Dit apparaat voldoet aan de Europese R&TTE richtlijn.
De bediening gaat van de voorwaarde uit dat het apparaat geen gevaarlijk interferentie veroorzaakt.
OPGELET! Het verwijderen van de behuizing van de ontvanger kan een elektrische schok ten gevolge hebben. Laat het apparaat alleen door gekwalificeerd personeel servicen. Er bevinden zich in het apparaat geen door de gebruiker te servicen onderdelen. Stel niet bloot aan regen of vocht. De schakelingen in de ontvanger en zender zijn precies afgesteld om een optimale werking in overeenstemming met de toepasselijke regelgeving te waarborgen. Open de ontvanger of zender niet. Dit maakt de garantie ongeldig en kan een onjuiste werking ten gevolge hebben.
Kennisgeving voor personen met geïmplanteerde pacemakers of AICD apparaten:
Iedere bron van RF (radio frequentie) energie kan van invloed zijn op de normale werking van het geïmplanteerde apparaat. Alle systeem microfoons maken gebruik van zenders met lage vermogens (minder dan 0.05 watt uitgangsvermogen) die hoogstwaarschijnlijk geen problemen zullen veroorzaken, zeker als ze een aantal centimeters verwijderd zijn. Maar omdat een
WAARSCHUWING! Stel de batterijen niet bloot aan excessief hoge temperaturen, zoals direct zonlicht en open vuur.
Introductie
Wij danken u vriendelijk voor uw keuze van dit
| en |
| Ieder draadloos systeem uit de 700 Serie heeft de beschikking over acht |
| PLL samengevoegde UHF frequenties in de |
| kanalen 62 - 64) |
| draadloze systemen uit de 700 Serie beschikken over zowel handmatige |
| als automatische frequentiescanning. Ieder draadloos systeem wordt |
| geleverd met een ontvanger en of een |
| Individuele componenten zijn eveneens separaat verkrijgbaar. |
| De |
| Logische schakelingen volgen de ontvangst en kiezen het beste |
N | ontvangstsignaal van twee antennes. Zo wordt een betere |
geluidskwaliteit gehaald en de kans op interferentie en uitval verminderd. | |
E | |
frequentie en automatische scanning mogelijk en een LED display geeft | |
| het geselecteerde kanaal en het scannen aan. |
| De veelzijdige |
| als laagohmige ingangen en een bias aansluiting voor gebruik met |
| dynamische en electret condensator microfoons en |
pickups. De UniPak zenders hebben aparte instellingen voor gitaar en microfoon, plus schakelbare high/low RF Power.
De
Zenders uit de 700 Serie gebruiken twee 1.5V AA batterijen voor economische werking en wijdverbreide verkrijgbaarheid. Beide zenders hebben een meerkleurig
Ontvangers uit de 700 Serie hebben een geavanceerd Tone Lock™ toon squelch systeem dat de audio uitgang van de ontvanger alleen opent wanneer een 700 Serie zender wordt gedetecteerd, waardoor de kans op storing ernstig verminderd wordt. Dit heeft tot logisch gevolg dat de zenders en ontvangers uit de 700 Serie tezamen gebruikt dienen te worden en niet met componenten van andere
Let erop dat in een toepassing met meerdere systemen een zender- ontvanger combinatie op een apart kanaal (frequentie) ingesteld wordt voor iedere gewenste ingang (een zender voor iedere ontvanger).
Omdat de draadloze frequenties binnen de UHFTV frequentiebanden vallen, mogen alleen bepaalde kanalen (werkingsfrequenties) in een bepaald geografisch gebied gebruikt worden. De acht kanalen (werkingsfrequenties) die in de 700 Serie gebruikt worden zijn gekozen voor
De werkingsfrequenties die overeenkomen met ieder van de acht kanalen staan op pagina 60 genoemd.
Receiver Installation
Plaatsing (fig. A)
Voor de beste werking en minimale reflecties moet de ontvanger ten minste 1 m boven de grond en ten minste 1 m van een muur of metalen oppervlak geplaatst worden. De zender moet ten minste 1 m van de ontvanger geplaatst worden, zoals Figuur A laat zien. Houd antennes weg bij bronnen van storing zoals digitale apparatuur, motoren, auto’s, neon verlichting en grote metalen objecten.
Uitgangsaansluitingen
Op de achterzijde bevinden zich twee audio uitgangen: gebalanceerd (-
16.5dBV) en ongebalanceerd
Antennes
De antennes worden normaliter in een “V” (beiden 45° uit verticale stand) gezet voor de beste ontvangst. Diversity indicators op de voorzijde van de ontvanger geven aan welke antenne actief is.
Stroom aansluitingen
Verbind de DC connector van de bijgeleverde AC stroom adapter met de DC stroomingang op de achterzijde van de ontvanger. Zet het snoer vast om het snoer haakje op de achterzijde van de ontvanger om te voorkomen dat de connector per ongeluk los getrokken wordt. Steek vervolgens de adapter in een standaard 230Volt 50Hz AC stopcontact.
Zie illustraties figuren op pagina 55
58