Bakken
| ||||
| apparaat goed is voorverwarmd wordt het Thermo- | |||
| Spot signaal effen rood: het bakken kan beginnen. | |||
| Na het voorverwarmen is het apparaat klaar voor | |||
| gebruik. |
|
| |
| Schenk m.b.v. een pollepel (niet bij het apparaat | |||
| geleverd) het beslag op de | |||
| bakplaat. |
|
| |
| Laat | het | beslag meteen | |
| over | de | pan | uitvloeien |
| m.b.v. |
| het | daarvoor |
| bedoelde keukengerei. | |||
| Om het verspreiden van het | |||
| beslag te vergemakkelijken | |||
| kunt u het keukengerei na | |||
| ieder | gebruik | in een | |
| kommetje water zetten. | |||
| Laat het beslag ca. 45 | |||
| seconden bakken. | |||
| Draai de pannenkoek met | |||
| de daarvoor | bedoelde | ||
Na en tijdens het | spatel om. |
|
| |
Om de beschermlaag van de bakplaat te behouden | ||||
bakken is het apparaat | dient u uitsluitend de bij het apparaat geleverde spatel | |||
heet: - ga er uiterst | te gebruiken. |
| ||
voorzichtig mee om. | Laat de pannenkoek nog ca. 45 seconden bakken en | |||
| neem hem m.b.v. de spatel van de bakplaat. | |||
| Garneer de pannenkoeken bij voorkeur op uw bord en | |||
| niet direct op de bakplaat. | |||
| Snijd de pannenkoek niet op de bakplaat in stukjes. |
Na gebruik
Dit apparaat en zijn | Haal de stekker uit het stopcontact: het controlelampje |
snoer mogen niet | gaat uit. |
ondergedompeld | Laat het apparaat afkoelen. |
worden of in de | Maak de bakplaat grondig schoon met een sponsje, |
vaatwasser afgewassen | warm water en afwasmiddel. |
worden. | De bakplaat kan schoongemaakt worden in de |
Dit apparaat dient niet | vaatwasmachine. |
Het voetstuk van het apparaat kan schoongemaakt | |
ondergedompeld te | worden met een in warm water gedompelde spons en |
worden. | een beetje afwasmiddel. |
Gebruik geen metalen | Het verwarmingselement kan niet schoongemaakt |
worden. | |
schuursponsje of | Is het verwarmingselement erg vuil, boen deze dan met |
schuurmiddelen. | een droge doek af als hij afgekoeld is. |
F
NL
D
GB
15