VOORBEREIDINGEN (AANSLUITINGEN) / ANTES DE LA OPERACIÓN (CONEXIONES)
AANSLUITINGEN
CONEXIONES
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stop- contact alvorens aansluitingen te maken of te verbreken.
Antes de realizar o cambiar conexiones, desconecte la alimentación y desenchufe el cable de alimentación del tomacorriente de CA.
1.Aansluiten op een
Gebruik de bijgeleverde audiokabels en steek de witte stekker in de L (linker) aansluiting en de rode stekker in de R (rechter) aansluiting.
Sluit tevens het bijgeleverde bedieningssignaalsnoer aan om de
1.Conexiones con la consola de mezcla para DJ
de salida de sonido y de CONTROL))
Utilizando los cables de audio suministrados, conecte la clavija blanca en el terminal L (izquierdo), y la roja en el ter- minal R (derecho).
Conecte el cable de control suministro para habilitar el control de la unidad desde la consola de mezcla para realizar la reproducción de inicio con fundido y la localización regresiva.
Bij aansluiting op een
Cuando se conecta a una consola de mezcla para DJ
| Bijgeleverde |
| audiokabel |
| Cable de audio |
| suministrado |
Bijgeleverde |
|
bedienings- |
|
signaalsnoer | Bijgeleverde bedieningssignaalsnoer |
Cable de control | |
suministrado | Cable de control suministrado |
Bijgeleverde audiokabel
Cable de audio suministrado
÷Wanneer u op een
÷Wanneer u op een
÷Wanneer u op het
÷Wanneer u op een ander audiomengpaneel aansluit dan hierboven is vermeld, sluit u de AUDIO OUT aansluiting van het apparaat aan op de LINE IN aansluiting van het mengpaneel, of op de AUX aansluiting (* sluit niet aan op de PHONO aansluiting, omdat dit tot vervormingen of onjuiste bediening kan leiden).
÷Cuando lo conecte a una
÷Cuando lo conecte a una
÷Cuando lo conecte a una
÷Cuando lo conecte a una consola de mezcla que no se haya mencionado anteriormente, conecte el terminal AUDIO OUT del aparato al terminal de entrada de línea de la consola de mezcla, o al terminal AUX (* no lo conecte al terminal PHONO, porque podrían producirse distorsión u operación incorrecta).
2. Aansluiten van het bedieningssignaalsnoer voor
Wanneer de CONTROL aansluitingen van de twee apparaten met het bijgeleverde bedieningssignaalsnoer met elkaar worden verbonden, kan beurtelingse weergave automatisch worden uitgevoerd. (☞blz. 88)
2. Conexión del cable de control para reproducción por relevos
La reproducción alternada puede efectuarse automáti- camente cuando los conectores de CONTROL de las dos unidades están conectados con el cable de control suministrado. (☞P.88)
70
<DRB1376>
Du/Sp