ALGEMENE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES

3/4 gas geven, moet er een duidelijke olierand te zien zijn op het lichte voorwerp.

Als de kettingsmering niet werkt:

Controleer of het kettingoliekanaal van het zaagblad open is. Maak schoon indien nodig. (34)

Controleer of de zaagbladgroef schoon is. Maak schoon indien nodig. (35)

Controleer of het neuswiel van het zaagblad soepel draait en of de smeeropening van het neuswiel open is. Maak schoon en smeer indien nodig. (36)

Als de kettingsmering niet werkt na de bovenstaande controles en de bijbehorende maatregelen, moet u de motorkettingzaag naar uw servicewerkplaats brengen.

Kettingaandrijftandwiel

De koppelingtrommel is voorzien van één van de volgende kettingaandrijftandwielen:

ASpur-aandrijftandwiel (kettingaandrijftandwiel vastgesoldeerd op de trommel)

BRim-aandrijftandwiel (vervangbaar) (37)

Controleer regelmatig het slijtageniveau van het kettingaandrijf-tandwiel. Vervang het als het abnormaal versleten is. Het kettingaandrijf-tandwiel moet vervangen worden telkens men de ketting vervangt.

Naaldlager smeren

Beide soorten kettingpoelie’s hebben een naaldlager aan de uitgaande as, dat regelmatig gesmeerd moet worden (1 keer per week). N.B.! Gebruik lagervet van goede kwaliteit of motorolie.

Zie de instructies in het hoofdstuk Onderhoud, Naaldlager smeren.

Slijtagecontrole van de snijuitrusting

Controleer de ketting dagelijks:

Of er zichtbare barsten in klinken en schakels zijn.

Of de ketting stijf is.

Of klinken en schakels abnormaal versleten zijn.

Gooi de zaagketting weg als deze een of enkele van bovenstaande punten vertoont.

We raden aan een nieuwe zaagketting te gebruiken om de slijtage van de ketting die u gebruikt te controleren.

Wanneer de lengte van de snijtanden slechts 4 mm bedraagt, is de ketting versleten en moet ze vervangen worden.

Zaagblad

Controleer regelmatig:

Of er braam zit op de buitenzijden van het zaagblad. Vijl weg indien nodig.

Of de zaagbladgroef abnormaal versleten is. Vervang het zaagblad indien nodig.

Als de zaagbladneus abnormaal of ongelijkmatig versleten is. Als er een ”holte” ontstaat in waar de radius van de zaagbladneus ophoudt, was de ketting niet voldoende gestrekt.

Voor een zo lang mogelijke levensduur moet het zaagblad regelmatig omgedraaid worden.

WAARSCHUWING! Het grootste gedeelte

!van de ongevallen met motorkettingzagen gebeurt wanneer de ketting de gebruiker raakt.

Draag altijd persoonlijke veiligheidsuitrusting. Zie instructies in het hoofdstuk ”Persoonlijke veiligheidsuitrusting”.

Voer geen taken uit waarvoor u zich niet voldoende gekwalificeerd acht. Zie instructies in de hoofdstukken Persoonlijke veiligheidsuitrusting, Maatregelen om terugslag te voorkomen, Snijuitrusting en Algemene werkinstructies.

Voorkom situaties waar risico op terugslag bestaat. Zie instructies in het hoofdstuk Veiligheidsuitrusting voor de machine.

Gebruik de aanbevolen snijuitrusting en controleer de conditie waarin ze zich bevindt. Zie instructies in het hoofdstuk Algemene werkinstructies.

Controleer de werking van de veiligheidsonderdelen van de motorkettingzaag. Zie instructies in de hoofdstukken Algemene werkinstructies en Algemene veiligheidsinstructies.

180 – Dutch

1154580-38 Rev.1 2011-12-05

Page 180
Image 180
Husqvarna 140E TRIOBRAKE, 135E Kettingaandrijftandwiel, Naaldlager smeren, Slijtagecontrole van de snijuitrusting