Verhelpen van storingen

Tijdens opnemen en afspelen

Probleem

Oorzaak en/of oplossing

De camcorder kan niet ingeschakeld

• Er is geen batterijpak op het apparaat aangebracht of het

worden.

batterijpak is (bijna) leeg.

 

c Plaats een opgeladen batterijpak (zie blz. 18 en 19).

 

• De netspanningsadapter is niet op het stopcontact aangesloten.

 

c Steek de stekker van de netspanningsadapter in het

 

stopcontact (zie blz. 24).

De eindzoekfunctie werkt niet.

• De cassette is na het opnemen uit de camcorder verwijderd.

 

• Er zijn nog geen opnamen op de geplaatste cassette gemaakt.

De eindzoekfunctie vindt niet de

• De band heeft een blanco, onbespeeld gedeelte aan het begin of

juiste plaats.

in het midden.

Het batterijpak raakt heel snel

• De omgevingstemperatuur is te laag.

uitgeput.

• Het batterijpak was niet volledig opgeladen.

 

c Laad het batterijpak opnieuw op (zie blz. 19).

 

• Het batterijpak is versleten en kan niet meer opgeladen

worden.

c Vervang het door een nieuwer batterijpak (zie blz. 18).

De aanduiding voor de resterende batterijspanning geeft niet de juiste gebruiksduur aan.

Het batterijpak is geruime tijd lang in een erg warme of koude omgeving gebruikt.

Het batterijpak is versleten en kan niet meer opgeladen worden.

c Vervang het door een nieuw batterijpak (zie blz. 18).

Het batterijpak is leeg.

cVervang het door een opgeladen batterijpak (zie blz. 18 en 19).

Er is een afwijking opgetreden in de aangegeven resterende batterij-gebruiksduur.

cLaad het batterijpak opnieuw volledig op, dan zal de batterijspanningsindicator weer de juiste gebruiksduur tonen (zie blz. 19).

oplossen Problemen Troubleshooting

De camcorder wordt uitgeschakeld,

• Er is een afwijking opgetreden in de aangegeven resterende

terwijl de resterende

batterij-gebruiksduur.

batterijspanningsindicator aangaf dat

c Laad het batterijpak opnieuw volledig op, dan zal de

het batterijpak nog voldoende

batterijspanningsindicator weer de juiste gebruiksduur tonen

stroom kon leveren.

(zie blz. 19).

De cassette kan niet uit de houder

• De stroomaansluiting is losgeraakt.

worden verwijderd.

c Sluit de stroombron stevig aan (zie blz. 18 en 24).

 

• Het batterijpak is leeg.

 

c Gebruik een opgeladen batterijpak of sluit de

 

netspanningsadapter aan (zie blz. 18 en 19).

De %en Zindicators knipperen en

• Er is vocht uit de lucht in de camcorder gecondenseerd.

geen enkele functie behalve het

c Verwijder de videocassette en laat uw camcorder ten minste

verwijderen van de cassette werkt.

één uur lang ongebruikt op temperatuur komen (zie blz. 262).

 

(Lees verder op de volgende bladzijde)

247