PM5D/PM5D-RH V2 / DSP5D Gebruikershandleiding Gedeelte Bediening 121
15
Grasche EQ en
6Bedien DCA-faders 18.
Het overeenkomstige frequentiegebied wordt versterkt
of verzwakt.
Tip
Als de fader van een grafische EQ op 0 dB is ingesteld licht
de led [NOMINAL] van de DCA-fader op. Bij een andere
instelling dan 0 dB licht de toets DCA [MUTE] op. Zolang de
toets DCA [MUTE] brandt, wordt de overeenkomstige band
teruggezet op 0 dB teruggezet als u op de toets DCA [MUTE]
drukt.
7Herhaal stappen 56 als u de DCA-faders wilt
gebruiken om een ander gebied te bedienen.

8

Druk op de toets FADER MODE [DCA] of klik op
de knop OFF in het gedeelte ASSIGN TO
FADERS als u klaar bent met de bediening van
de grafische EQ met behulp van de DCA-faders.
Als de toets [DCA] ingeschakeld is, keren de FADER
MODE-toetsen en de DCA-faders terug naar hun
normale status. Klik op een knop in het gedeelte
ASSIGN TO FADERS of houd de toets [SHIFT]
ingedrukt en druk op een FADER MODE [A]–[F]-
toets als u de grafische EQ opnieuw aan de DCA-faders
wilt toewijzen.
Tip
De instellingen van de GEQ-module worden als deel van de
scene opgeslagen. De instellingen van een GEQ-module
kunnen ook in de GEQ-bibliotheek worden opgeslagen.
Raadpleeg het scherm GEQ LIBRARY in het gedeelte
Naslagwerk (
p. 174) voor meer informatie.
Als u de display naar een ander scherm overschakelt,
worden de toewijzingen van de DCA-faders automatisch
tenietgedaan en werken ze niet meer, zelfs als u terugkeert
naar het scherm GEQ. Als u echter de knop AUTO ASSIGN
in het scherm GEQ PARAM inschakelt, worden de DCA-
faders automatisch toegewezen aan het meest recent
bediende gebied als u het scherm GEQ PARAM gebruikt.
Basisbediening van de parametrische EQ
Er zijn twee manieren om de parametrische EQ te bedienen: met de knoppen in de display of met behulp van het gedeelte
SELECTED CHANNEL op het paneel.
Hieronder vindt u uitleg over het gebruik van de knoppen
in het scherm GEQ PARAM (functie GEQ) om de
gewenste parametrische EQ te bedienen.
1Druk in het gedeelte DISPLAY ACCESS
herhaaldelijk op de toets [GEQ] om toegang te
krijgen tot het scherm GEQ PARAM.
2Klik in het vak MODULE op de knoppen links/
rechts / om de GEQ-module die u wilt
gebruiken te selecteren.
Zorg ervoor dat de knop EQ ON/OFF is ingeschakeld.
Zorg er ook voor dat de overeenkomstige module in
het geschikte kanaal is tussengevoegd en dat de insert
in/out voor dat kanaal is ingeschakeld.
Tip
Als een alternatieve manier om de gewenste GEQ-module te
selecteren, kunt u het scherm GEQ ASSIGN gebruiken
(functie GEQ) (
p. 173).
3Klik op de knop PEQ midden bovenaan het
scherm om de 8-bands parametrische EQ te
selecteren.
4Als u de band LOW of HIGH wilt gebruiken als
een EQ van het shelvingtype of als een
hoogdoorlaatfilter of laagdoorlaatfilter, klikt u
op de knop / van die band of de knop
HPF/LPF om hem in te schakelen.
Als u overschakelt naar een shelvingtype, verdwijnt de
knop Q. Als u overschakelt naar een hoogdoorlaatfilter
of een laagdoorlaatfilter, verdwijnt de knop Q en
verandert de knop GAIN in de HPF/LPF aan/uit-
schakelaar.
5Gebruik de knop Q, de knop GAIN en de knop
FREQ van elke band om de steilheid,
versterking en middenfrequentie voor elke
band te bepalen.
De waarde van elke instelling wordt weergegeven in het
vak eronder.
Tip
Door op de knop EQ FLAT te klikken, wordt de waarde van de
versterking/verzwakking van alle bands teruggezet op 0 dB.

De parametrische EQ bedienen via

de display

Vak MODULE Knop EQ ON/OFF
GEQ PARAM Knop GEQ/PEQ