PM5D/PM5D-RH V2 / DSP5D Gebruikershandleiding Gedeelte Bediening 71
7

Het gedeelte Selected Channel gebruiken

U kunt op de volgende manier het gedeelte SELECTED
CHANNEL gebruiken om de interne compressor te
bedienen.
Opmerking
De PM5D voorziet vier soorten ingebouwde compressors;
COMP (compressor), EXPANDER (expander), COMPANDER
H (hard compander) en COMPANDER Q (soft compander).
Deze vier werken op verschillende manieren. Dit betekent dat
u compressorinstellingen van het gewenste type uit de
compressorbibliotheek moet laden en vervolgens de
parameters naar wens bewerken als u een compressor wilt
gebruiken.
1Druk op een [SEL]-toets om het kanaal te
selecteren dat u wilt besturen.
Een compressor is beschikbaar voor alle kanalen
behalve de FX RTN-kanalen.
2
Druk in het gedeelte DISPLAY ACCESS
verscheidene keren op de toets INPUT [GATE/
COMP] (voor een ingangskanaal) of OUTPUT
[COMP] (voor een uitgangskanaal) om toegang
te krijgen tot het scherm COMP LIBRARY.
In het scherm COMP LIBRARY kunt u
compressorinstellingen in de bibliotheek opslaan of
bestaande gegevens uit de bibliotheek laden.
De beschreven handelingen zijn dezelfde voor
het scherm COMP LIBRARY van zowel de
uitgangskanalen als de ingangskanalen.
3Verplaats de cursor naar de schuifbalk van de
bibliotheeklijst onderaan rechts in het scherm
en draai aan de [DATA]-codeur om het
bibliotheekitem te selecteren dat u wilt laden.
(Het geselecteerde bibliotheekitem wordt
gemarkeerd in de lijst weergegeven.)
Nummers 001-036 waarvoor een “R” wordt
weergegeven aan de rechterkant van de lijst bevat
voorgeprogrammeerde alleen-lezen bibliotheekitems.
Nummers 001-004 bevatten voorgeprogrammeerde
bibliotheekitems van verschillende typen. Het is handig
om deze bibliotheekitems te gebruiken als u een
specifiek type wilt selecteren. Voorgeprogrammeerde
bibliotheek-items 001-004 hebben respectievelijk de
volgende types.
Tip
Het type van de huidige geselecteerde compressor wordt in
het scherm COMP PARAM weergegeven (
p. 253, 291).
Het scherm COMP LIBRARY voorziet ook andere
bibliotheekinstellingen die geschikt zijn voor een grote
verscheidenheid aan instrumenten en doeleinden.
Instellingen die u bewerkt kunnen ook in de bibliotheek
worden opgeslagen.
Raadpleeg de appendices voor meer uitleg over elk type
compressor (
p. 322).
4Klik op de knop RECALL onderaan rechts van
de bibliotheeklijst nadat u een bibliotheekitem
hebt geselecteerd.
Het bibliotheekitem dat u in stap 3 hebt geselecteerd,
wordt teruggeroepen naar het kanaal dat u in stap 1
hebt geselecteerd.
5Druk op de toets COMP [ON] in het gedeelte
SELECTED CHANNEL om de led te doen
branden.
De compressor van het geselecteerde kanaal wordt
geactiveerd.
6Gebruik de regelaars van de compressor van
het gedeelte SELECTED CHANNEL om de
parameters van de compressor te bewerken.
De hoeveelheid versterking die door de compressor
wordt geproduceerd, wordt door de COMP GR-meter
in het gedeelte SELECTED CHANNEL weergegeven.
Tip
Raadpleeg p. 68 voor meer informatie over de functie van
de compressorregelaars.
Meer gedetailleerde parameters voor de compressor
(selectie van het triggersignaal, stereolink aan/uit, toewijzing
van een compressor aan een linkgroep) kunnen in het
scherm COMP PARAM van de functie INPUT GATE/COMP
of de functie OUTPUT COMP worden bewerkt
(
p. 253, 291).
U kunt ook instellen dat het scherm COMP PARAM
automatisch verschijnt als u een regelaar voor de
compressor bedient. Deze instelling wordt in het scherm
PREFERENCE 1 van de functie UTILITY bepaald
(
p. 204).
Nummer
Naam Type
001 Comp COMP (Compressor)
002 Expand EXPANDER
003 Compander (H) COMPANDER H
(Hard compander)
004 Compander (S) COMPANDER S
(Soft compander)

Werking van de compressor

COMP LIBRARY
SchuifbalkKnop RECALL
Toets COMP [ON]
COMP GR-meter