Soorten storingen en hun oplossingen
OverigeSymptoom | Oorzaak en/of oplossing |
Easy Dubbing werkt niet.*1) | • Uw videorecorder en/of camcorder zijn niet juist ingesteld. |
| c Controleer of de ingangskeuzeschakelaar van de |
| videorecorder op LINE staat. Controleer ook of de |
| voedingsschakelaar van de camcorder op VTR/VCR staat. |
| (p. 103) |
| • De IR SETUP code of PAUSE MODE is niet juist ingesteld. |
| c Kies de juiste IR SETUP code en PAUSE MODE, afhankelijk |
| van uw videorecorder. Controleer dan de |
| videorecorderwerking met de IR TEST functie. (p. 103, 104) |
Digitale programmamontage werkt niet.*2)
•De ingangskeuzeschakelaar van de videorecorder staat niet in de juiste stand.
c Stel de keuzeschakelaar juist in en controleer de aansluiting tussen videorecorder en camcorder. (p. 111)
•De camcorder is aangesloten op
•Er is getracht een punt voor de montage in te stellen bij een onbespeeld bandgedeelte.
c Kies de punten voor montage in een opgenomen bandgedeelte. (p. 120)
•Uw camcorder en de videorecorder zijn niet gesynchroniseerd. c Regel de synchronisatie van de videorecorder. (p. 118)
Troubleshooting
De USB driver kan niet worden | • Uw camcorder was met de USB kabel aangesloten op uw |
geïnstalleerd.*2) | computer voor de USB driver werd geïnstalleerd, zodat de |
| driver niet door de computer werd herkend. |
| c Verwijder de |
| opnieuw. (p. 127) |
Verhelpen
De USB Streaming functie werkt niet.*2)
•De USB driver is niet juist geïnstalleerd.
cVerwijder de
•Het besturingssysteem van uw computer is Windows 98 of lager.
•De USB kabel was niet aangesloten voor het toepassingsprogramma werd gestart.
c Sluit de USB kabel aan alvorens het toepassingsprogramma te starten. (p. 130)
storingen van
De bij uw camcorder geleverde afstandsbediening werkt niet.*3)
•In het instelmenu is het onderdeel COMMANDER op OFF gezet. c Zet de instelling op ON. (p. 151)
•De infrarode stralen worden geblokkeerd.
cVerwijder alle obstakels tussen de afstandsbediening en de camcorder.
•De batterijen zijn omgekeerd in de afstandsbediening geplaatst, met de + en – polen verwisseld.
cPlaats de batterijen met de juiste polariteit in de afstandsbediening. (p. 198)
•De batterijen zijn leeg.
cPlaats nieuwe batterijen in de afstandsbediening. (p. 198)
*1) Alleen
*2) Alleen
*3) Alleen
(Wordt vervolgd op de volgende pagina)165