22
4. Als u de doelwaarde ingesteld heeft, druk dan op de MODE-
toets. De waarde is dan in deze functie opgeslagen en u gaat
naar de volgende functie bijv. CALORIES.
5. Programmeer de waarde indien mogelijk slechts in één
functie, omdat de trainingsdoelen elkaar anders overlappen.
Bijv. als u het geprogrammeerde tijddoel eerder zou bereiken
dan het voorgeprogrammeerde afstandsdoel.
6. De voorgeprogrammeerde waardes in de andere functies
[TIME, CALORIES of PULSE] worden als onder 1-4 beschreven,
ook met de toetsen SET, RESET en MODE ingevoerd.
Na het afsluiten van de programmeringen kunt u met trainen
beginnen. Tijdens de training zijn alle actuele waardes naast
elkaar af te lezen. De geprogrammeerde waarde wordt tot
>0< teruggeteld.
5. Training
Na inschakelen van het apparaat (zie hoofdstuk 1) en gebrui-
kerkeuze (U 1-4) knippert de programmaregel in het bovenste
displayveld.
U komt ook in de programmaregel van het bovenste displayveld
door kort indrukken van de RESET toets, zonder de computer
opnieuw op te starten.
Kies het trainingsprogramma (MANUAL, PROGRAM, USER
of TARGET H.R.) met de draaiknop UP of DOWN en bevestig
weer met MODE.
Als de door u gekozen trainingsmodus MANUAL, PROGRAM
of USER is en u een doelwaarde voor de hartslag pro-
grammeert, geeft de computer een optisch en akoestisch
signaal zodra de actuele waarde van de hartslag de doel-
waarde bereikt heeft.
Training > MANUAL Manuele training
Het afstandsprofiel wordt gelijkmatig in een lijn weergegeven.
Alle programmeringen zijn individueel mogelijk. [TIME,
DISTANCE, CALORIES of PULSE]. Trainingsbegin door indrukken
van de toets START en actief trainen. Met de draaiknop UP en
DOWN kan voor het begin of tijdens de training het volledige
afstandsprofiel verhoogd of verlaagd worden. Via de inge-
stelde trainingstijd (TIME) toont de computer in het afstand-
sprofiel (balkdiagram) van links naar rechts met de knippe-
rende balk het trainingsverloop. Als de geprogrammeerde
waarde [TIME, DISTANCE, CALORIES of PULSE] bereikt wordt,
hoort u 8 seconden lang een akoestisch signaal. De trainings-
gegevens worden niet verder geteld. U heeft het trainingsdoel
bereikt! Door indrukken van de START-toets kunt u de training
weer voortzetten.
Training > PROGRAM Voorgeprogrammeerde programma’s
voor het trainen
In de trainingmodus PROGRAM kunt u tussen 6 verschillende
voorgeprogrammeerde trainingsprogramma’s kiezen:
PROGRAM 1 Fitness 1
PROGRAM 2 Intervalprogramma kort
PROGRAM 3 Intervalprogramma lang
PROGRAM 4 Fitness 2
PROGRAM 5 Fitness 3
PROGRAM 6 Stappenprogramma
Door bewegen van de draaiknop in de richting UP of DOWN
schakelt u tussen de programma’s. In de display verschijnt ca.
1 seconden lang het programmanummer (P1-6) dan wordt het
afstandsprofiel knipperend weergegeven. Met de toets MODE
bevestigt u de keuze of kies met UP resp. DOWN een ander
programma.
Als u een programma gekozen heeft kunt u daarbij nog een voor-
geprogrammeerde waarde [TIME, DISTANCE, CALORIES of
PULSE] invoeren.
Trainingsbegin door indrukken van de toets START en actief
trainen. Met de draaiknop UP / DOWN kan voor het begin of
tijdens de training het volledige afstandsprofiel verhoogd of ver-
laagd worden. Via de ingestelde trainingstijd (TIME) toont de
computer in het afstandsprofiel (balkdiagram) van links naar rechts
met de knipperende balk het trainingsverloop. Als de voorge-
programmeerde waarde [TIME, DISTANCE, CALORIES of PULSE]
bereikt wordt, hoort u 8 seconden lang een akoestisch signaal.
De trainingsgegevens worden niet verder geteld. U heeft het trai-
ningsdoel bereikt! Door indrukken van de START-toets kunt u de
training weer voortzetten.
Functies en bediening van de trainingscomputer
NL