EFFECTFUNCTIES (BEAT-EFFECTEN PRODUCEREN/IN-LOOP SAMPLER)
BEAT-EFFECTEN PRODUCEREN
BEAT EFFECTS |
|
| ||
|
| BPM |
|
|
|
| AUTO | 1 | AUTO |
1 | 1 2 |
| ||
2 | 3 4 | TAP |
|
|
|
| TAP | ||
|
|
|
| |
4 | 1 1 |
|
|
|
|
| BEAT PITCH |
|
|
8 | 2 1 | ERASE |
| BEAT/PITCH |
16 | 4 1 |
| 5 | |
| 4 | BEAT/BANK | ||
BEAT BANK |
| |||
FLANGER | PHASER |
| =1(1/2) / 2(3/4) / 4(1/1) / 8(2/1) / 16(4/1) | |
|
| |||
FILTER | ROBOT | 2 | =DELAY / ECHO / FILTER / | |
ECHO |
| ROLL | ||
DELAY |
|
| FLANGER / PHASER / | |
|
| SAMPLER |
|
|
| CH. SELECT |
| ROBOT / ROLL |
2 MIC
1MASTER
3 CH. SELECT
=1 / 2 / MIC / MASTER
LEVEL/DEPTH
6 LEVEL/DEPTH
MIN MAX
ON/OFF
7 ON/OFF
Met de
1.Druk op de AUTO toets om de BPM (beats per minuut = tracksnelheid) meetmethode in te stellen.
AUTO: De AUTO toets licht op en de BPM van het ingangsgeluid wordt automatisch gemeten.
TAP: De BPM wordt handmatig ingevoerd door tikken op de TAP toets. De indicator van de AUTO toets licht niet op.
¶Bij het inschakelen van het apparaat komt de functie in de [AUTO] stand te staan.
¶Als de BPM van een track niet automatisch gedetecteerd kan worden, zal de BPM teller van het display knipperen.
¶Het effectieve bereik in de AUTO stand is 70 tot 180 BPM.
Het is mogelijk dat bij sommige tracks geen nauwkeurige meting kan worden uitgevoerd.
In dit geval kunt u de TAP functie gebruiken voor het handmatig invoeren van de BPM.
[Gebruik van de TAP toets voor het handmatig invoeren van de BPM]
Als tweemaal of vaker op de TAP toets wordt gedrukt, synchroon met de beat (1/4 noten), zal de BPM worden opgenomen als de gemiddelde waarde die gedurende dat interval is vastgesteld.
¶Wanneer de BPM functie is ingesteld op [AUTO], zal bij tikken op de TAP toets de BPM functie overschakelen naar de TAP functie en wordt het interval gemeten waarop de TAP toets wordt ingedrukt.
¶Als de BPM via de TAP toets wordt ingesteld, wordt het beat- veelvoud “1/1” of “4/1” (afhankelijk van het gekozen effect), en de tijd voor 1 beat (1/4 noten) of 4 beats wordt als de effecttijd ingesteld.
[Gebruik van de BEAT/PITCH toetsen voor het handmatig invoeren van de BPM]
Door op de BEAT/PITCH toetsen
¶De BPM kan worden ingesteld tussen 40 en 999, in eenheden van 1 stapje.
2. Zet de effectkeuzeschakelaar op een effect, met uitzondering van
¶ Zie blz. 60 voor verdere informatie over de diverse effecten.
3. Zet de
¶ Als [MIC] wordt gekozen, zal het effect op microfoon 1 en
microfoon 2 worden toegepast.
4. Druk op een van de BEAT/BANK toetsen om de beat te kiezen waarmee u het effect wilt synchroniseren.
¶ U kunt kiezen uit [1/2, 3/4, 1/1, 2/1, 4/1] of [1, 2, 4, 8, 16]. (Het
veelvoud verschilt afhankelijk van het effect. Zie blz. 60 voor verdere informatie.)
¶ De gekozen toets licht op.
¶ De effecttijd die correspondeert met het
Voorbeeld: Bij BPM=120 1/1 = 500 ms
1/2 = 250 ms 2/1 = 1 000 ms
5. Druk op de BEAT/PITCH toetsen
¶ Wanneer op [+] wordt gedrukt, wordt de beat die berekend is op
basis van de BPM verdubbeld en wanneer op
¶ Als de tijdparameter binnen het bereik ligt dat berekend is op basis van de BPM, licht de BEAT/BANK toets die met die waarde correspondeert op. Wanneer de parameter tussen twee beat- waarden in ligt, zullen beide BEAT/BANK toetsen knipperen. Als de waarde minder dan 1/2 (1) is, zal de 1/2(1) toets knipperen en als de waarde meer dan 4/1 (16) is, zal de 4/1(16) toets knipperen.
¶ Als tijdens gebruik van de [DELAY], [ECHO] of [ROLL] effecten de
de 3/4 toets te drukken.
6. Draai aan de LEVEL/DEPTH regelaar om de kwantitatieve parameter voor het gekozen effect in te stellen.
¶ Zie blz. 62 tot 63 voor details betreffende het effect van de |
| |
bediening van de regelaar op de parameter. |
| |
7. Zet de ON/OFF toets op ON om het gekozen effect in te | Nederlands | |
schakelen. | ||
¶ Bij enkele malen indrukken van de toets wordt het effect | ||
|
beurtelings in/uitgeschakeld. (Bij het inschakelen van het apparaat komt deze functie op OFF te staan.)
¶ De ON/OFF toets knippert wanneer het effect op ON staat.
IN-LOOP SAMPLER
BEAT EFFECTS |
|
|
| ||
|
| BPM |
|
|
|
|
| AUTO | 3 | AUTO | |
1 | 1 2 |
| |||
2 | 3 4 | TAP |
|
|
|
|
| TAP | |||
|
|
|
| ||
4 | 1 1 |
|
|
|
|
|
| BEAT PITCH |
|
| ERASE |
8 | 2 1 | ERASE |
|
| |
16 | 4 1 |
| 6 |
| BEAT/PITCH |
|
|
|
| ||
BEAT BANK |
| 5 | 8 | BEAT/BANK | |
|
|
| |||
FLANGER | PHASER |
|
|
| |
FILTER | ROBOT | 1 |
| ||
ECHO |
| ROLL |
| ||
DELAY |
|
|
|
| |
|
| SAMPLER |
|
|
|
CH. SELECT
2 | MIC | 2 | CH. SELECT |
1 | MASTER | ||
|
|
=1 / 2 / MIC / MASTER
LEVEL/DEPTH
7 LEVEL/DEPTH
MINMAX
ON/OFF
4 ON/OFF
61
<DRB1404> Du