VERHELPEN VAN STORINGEN

Storing

Mogelijke oorzaak

Maatregelen

 

 

 

Geen videobeeld of storingen

• De VIDEO INPUT schakelaar staat in de

• Stel de VIDEO INPUT schakelaar in op het

in het beeld.

verkeerde stand.

huidige weergave-apparaat.

 

• De aansluitkabels zijn verkeerd aangesloten of

• Corrigeer de aansluitingen.

 

de kabels zitten los.

 

 

• De aansluitbussen of de stekkers zijn vuil.

• Maak de onderdelen schoon voordat u de

 

 

aansluitingen maakt.

 

• De fijnregelaars staan verkeerd ingesteld.

• Stel de regelaars juist in.

 

• Het signaalformaat van de ingangsvideobron

• Kies bij de apparatuur-instellingen de

 

komt niet overeen met de systeeminstelling die

systeeminstelling die overeenkomt met het

 

gekozen is bij de apparatuur-instellingen.

formaat van het videosignaal van de ingangs-/

 

• Het videosignaalformaat van de TV-monitor

uitgangsvideoapparatuur.

 

komt niet overeen met de systeeminstelling die

 

 

gekozen is bij de apparatuur-instellingen.

 

 

• De ingangskeuzeschakelaar van de TV-monitor

• Zet de ingangskeuzeschakelaar van de TV-

 

is niet ingesteld op het type ingang dat met dit

monitor op het type ingang dat met dit apparaat

 

apparaat is verbonden.

is verbonden.

 

• De componentinstelling van de TV-monitor staat

• Zet de componentinstelling van de TV-monitor

 

op iets anders dan 525i (interlaced).

op 525i (interlaced).

 

 

 

De letter die op het

• Het toetsenbord dat op de USB-aansluiting is

• Stel de toetsenbordtaal in overeenkomstig het

toetsenbord wordt ingedrukt,

aangesloten, komt niet overeen met de instelling

type toetsenbord dat op de USB-aansluiting is

wordt niet ingevoerd.

die op dit apparaat is gekozen voor de

aangesloten.

 

toetsenbordtaal.

 

 

 

 

Geen reactie wanneer het

• De calibratie van het aanraakpaneel is verkeerd.

• Stel de calibratie van het aanraakpaneel juist in

aanraakpaneel wordt

 

bij de apparatuur-instellingen.

aangeraakt.

 

 

 

 

 

Bij statische elektriciteit of andere externe interferentie kunnen er storingen in het apparaat optreden. Om de normale werking te herstellen, schakelt u het apparaat uit en dan weer in.

BETREFFENDE HET LCD-SCHERM

Bij sommige monitoren ziet u zogenaamde “hot pixels” of “dead pixels” (continu heldere beeldpunten of beeldpunten die altijd uit zijn). Dit verschijnsel is normaal bij deze beeldschermen en duidt niet op een storing in de werking.

Bij gebruik in koude gebieden kan het scherm na het inschakelen een tijdlang wat donkerder lijken. Naarmate het apparaat opwarmt, verkrijgt het scherm weer de normale helderheid.

Stel de monitor niet aan direct zonlicht bloot, want door het weerkaatste licht kan het beeld moeilijker te zien zijn.

BETREFFENDE DE MINIATUUR

FLUORESCENTIEBUIZEN

Het LCD-scherm wordt verlicht door interne miniatuur fluorescentiebuizen.

Deze fluorescentiebuizen hebben een opgegeven levensduur van ongeveer 10 000 uur (de levensduur kan korter zijn wanneer het apparaat in koude gebieden wordt gebruikt).

Wanneer het einde van de levensduur van een fluorescentiebuis wordt bereikt, wordt het scherm donkerder waardoor de weergegeven beelden moeilijker of helemaal niet meer te zien zijn. Neem in dit geval voor reparatie contact op met uw dealer of servicecentrum.

46

Du

Page 230
Image 230
Pioneer Sound & Vision MIxer Betreffende HET LCD-SCHERM, Betreffende DE Miniatuur Fluorescentiebuizen