GEBRUIK VAN DE EFFECTFUNCTIE

 

 

 

 

Parameter 1

 

Parameter 2

 

 

Beschrijving van het effect

Parameter van de beat-toets

(TIME/PARAMETER)

(LEVEL/DEPTH)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Beschrijving

 

Beschrijving

 

 

 

 

 

 

 

ROBOT9.

AUDIOVIDEO

Het ingangsgeluid krijgt het

Instellen van de toonhoogte van het

Instellen van de

–100 tot 100

Het effect wordt sterker

effect alsof het gemaakt

robotachtige geluid tussen–100 % en

toonhoogte van het

(%)

wanneer de regelaar naar

 

 

wordt door een robot.

100 %.

robotachtige

 

rechts wordt gedraaid.

 

 

 

 

geluid.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Er wordt een robotachtige

Instellen van de mengverhouding van

Instellen van de

 

Het naar boven en beneden

 

 

video gemaakt door het beeld

de mozaïekgrootte en de

mengverhouding

 

zwaaien wordt sterker wanneer

 

 

naar boven en beneden te

oorspronkelijke video tussen –100 %

van de

 

de regelaar naar rechts wordt

 

 

zwaaien en een mozaïekfilter

en 100 %.

mozaïekgrootte en

 

gedraaid.

 

 

toe te passen.

 

de oorspronkelijke

 

 

 

 

 

 

video.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

CHORUS10.

AUDIOVIDEO

Er is een ruimtelijk geluid

Voor de tijd van 1 BPM beat wordt een

Instellen van het

10 tot 32 000

Instellen van de balans tussen

alsof meerdere bronnen

1/2 tot 32/1 tijd ingesteld voor het

interval waarin het

(ms)

het oorspronkelijke geluid en

 

 

dezelfde toonhoogte afgeven.

interval van het vibrato van het

koorgeluid wordt

 

het koorgeluid.

 

 

 

koorgeluid.

gemoduleerd.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Een video verdeeld in RGB-

Voor de tijd van 1 BPM beat wordt een

Instellen van het

 

Instellen van de balans tussen

 

 

componenten wordt

1/2 tot 32/1 tijd ingesteld voor het

interval waarin het

 

de oorspronkelijke video en de

 

 

uitgevoerd op de beat.

interval waarin het beeld terugkeert

beeld terugkeert

 

effectvideo.

 

 

 

naar het oorspronkelijke beeld.

naar het

 

 

 

 

 

 

oorspronkelijke

 

 

 

 

 

 

beeld.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

(*2)

Opnemen en herhaaldelijk

Voor de tijd van 1 BPM beat wordt

Instellen van de

10 tot 4 000

Instellen van de balans tussen

(*5,ROLL7)

uitvoeren van het beat-

een 1/8 tot 8/1 effecttijd ingesteld.

effecttijd.

(ms) (*3)

het oorspronkelijke geluid en

AUDIO(*6)

geluid.

 

 

 

het ROLL geluid.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Opnemen en herhaaldelijk

Voor de tijd van 1 BPM beat wordt

Instellen van de tijd

 

Instellen van de balans tussen

11.

VIDEO

uitvoeren van het beat-beeld.

een 1/8 tot 8/1 effecttijd ingesteld.

waarin het beeld

 

de oorspronkelijke video en de

 

 

wordt herhaald.

 

effectvideo.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

(*5,ROLL7)

AUDIO(*2)

Opnemen en herhaaldelijk

Voor de tijd van 1 BPM beat wordt

Instellen van de

10 tot 4 000

Instellen van de balans tussen

uitvoeren van het

een 1/8 tot 8/1 effecttijd ingesteld.

effecttijd.

(ms) (*3)

het oorspronkelijke geluid en

 

 

 

 

omgekeerde beat-geluid.

 

 

 

het ROLL geluid.

 

 

 

 

 

 

 

REVERSE12.

(*6)VIDEO

Opnemen en herhaaldelijk

Voor de tijd van 1 BPM beat wordt

Instellen van de tijd

 

Instellen van de balans tussen

uitvoeren van het

een 1/8 tot 8/1 effecttijd ingesteld.

waarin het beeld

 

de oorspronkelijke video en de

 

 

 

 

 

omgekeerde beat-beeld.

 

wordt herhaald.

 

effectvideo.

 

 

 

 

 

 

 

(*1) Wanneer het effectkanaaldisplay [CFA], [CFB] of [MST]/[MASTER] aangeeft, zal wanneer de effect-monitor is ingeschakeld maar het geluid van het gekozen kanaal niet naar de master-uitvoer wordt uitgestuurd, het effectgeluid niet hoorbaar zijn.

(*2) Als de effectfunctie is uitgeschakeld, zal het effectgeluid niet hoorbaar zijn bij het controleren van de effecten.

(*3) De kleinste waarde voor de video-effecttijd is: Voor NTSC, 66 ms. Voor PAL, 80 ms.

(*4) De kleinste waarde voor de video-effecttijd is: Voor NTSC, 99 ms. Voor PAL, 119 ms.

(*5) Wanneer de visualisatiefunctie van ON op OFF wordt gezet, zal het visualisatiebeeld onderhevig zijn aan ROLL in de bemonsteringstoestand.

(*6) Wanneer de effecten zijn uitgeschakeld, zullen de beelden met toegepaste effecten niet op de video-effecten monitor worden weergegeven.

(*7) De effecten worden in alle kanalen uitgeschakeld als in een van de kanalen kopieerbeveiligd materiaal wordt ingevoerd. Met andere woorden, in dit geval zullen de effecten niet werken zelfs als niet-kopieerbeveiligd materiaal wordt ingevoerd naar het kanaal waarop u de effecten wilt toepassen.

Video-effectpatroon

Nr.

Naam

Beschrijving van het video-effectpatroon

 

 

 

1

ORIGINAL

Oorspronkelijk beeld zonder video-effectpatroon.

 

 

 

2

INVERSE

Omgekeerde helderheid.

 

 

 

3

EDGE

Maakt een rand rondom het beeld.

 

 

 

4

HUE

Verandert de kleur (behalve zwart en wit).

 

 

 

24

Du

Page 208
Image 208
Pioneer Sound & Vision MIxer operating instructions Instellen van de Het naar boven en beneden