Bijlage

VERHELPEN VAN STORINGEN

Wanneer u de indruk hebt dat uw CD-speler niet naar behoren werkt, controleer dan in de onderstaande foutopsporingstabel de aanwijzingen voor het verhelpen van het probleem. Soms kunnen eenvoudige installatie- of bedieningsfouten zich voordoen als ernstige problemen. Het is echter ook mogelijk dat het probleem in kwestie ook door iets anders dan door een CD-speler werd veroorzaakt. In zulk een geval moet u alle gelijktijdig gebruikte elektronische toestellen controleren.

Wanneer het betreffende probleem ook na controle via de onderstaande foutopsporingstabel en na het uitvoeren van de aanbevolen corrigerende maatregelen blijft bestaan, gelieve u dan te richten tot uw dichtstbijzijnde Pioneer Service Center of naar de winkel waarin u uw CD-speler hebt gekocht.

Beschrijving van het probleem

 

Mogelijke oorzaken van het probleem

Aanbevolen maatregel

 

 

 

De CD wordt zelfs na het indrukken van

÷ Het netsnoer is niet aangesloten.

÷ Sluit het netsnoer aan.

de EJECT toets (0) niet uitgeworpen.

÷ Er wordt een muziekstuk weergegeven.

÷ Zet de CD-speler in de pauze- of cue-stand en

 

 

 

druk dan op de EJECT toets (0).

 

÷ De EJECT toets (0) is defect.

÷ Zie blz. 72.

 

 

 

Het afspelen begint niet nadat een CD

÷ De auto-cue functie is ingeschakeld.

÷ Druk op de PLAY/PAUSE toets (38) om te

is geplaatst.

 

 

beginnen met afspelen.

 

 

 

÷ Houd de TIME MODE/AUTO CUE toets langer

 

 

 

dan 1 seconde ingedrukt om de auto-cue

 

 

 

functie uit te schakelen.

De weergave breekt haast onmiddellijk

÷ De CD is verkeerd om in het apparaat geplaatst.

÷ Plaats de CD met de labelkant naar boven.

na de start weer af.

÷ De CD is vuil of beslagen met condensatievocht.

÷ Veeg de CD af om het stof of

 

 

 

condensatievocht te verwijderen.

 

 

 

Er is geen geluid.

÷ De audiokabel zit los of is niet juist aangesloten.

÷ Sluit de audiokabel correct aan.

 

÷ Het DJ-mengpaneel werkt niet goed.

÷ Controleer de schakelaar- en volume-

 

 

 

instellingen op het DJ-mengpaneel.

 

÷ De stekkers of aansluitbussen zijn vuil.

÷ Verwijder het stof en vuil en steek de stekkers

 

 

 

weer in de aansluitbussen.

 

÷ De CD-speler staat in de pauzestand.

÷ Druk op de PLAY/PAUSE toets (38) om te

 

 

 

beginnen met afspelen.

 

 

 

Het geluid is vervormd of er is veel

÷ De audiokabel is niet juist aangesloten.

÷ Sluit de audiokabel aan op de lijningang van

ruis.

 

 

het DJ-mengpaneel. Sluit de kabel niet op de

 

 

 

microfoonaansluiting aan.

 

÷ De stekkers of aansluitbussen zijn vuil.

÷ Verwijder het stof en vuil en steek de stekkers

 

 

 

weer in de aansluitbussen.

 

÷

De CD-speler wordt gestoord door een TV-toestel

÷ Schakel het TV-toestel uit of zet het TV-toestel

 

 

dat in de buurt staat.

verder van de CD-speler vandaan.

 

 

 

Bij het afspelen van sommige CD's is

÷ De CD is kromgetrokken of erg bekrast.

÷ Vervang de CD door een nieuwe.

er veel ruis. De weergave breekt

÷ Er is veel stof of vuil op de CD.

÷ Veeg het stof of vuil van de CD.

plotseling af.

 

 

 

 

 

 

 

Het zoeken van muziekstukken stopt

÷

Wanneer de lengte van de stille passages tussen

÷ Houd de TIME MODE/AUTO CUE toets langer

niet wanneer de auto-cue functie is

 

de muziekstukken erg lang is, kan het gebeuren dat

dan 1 seconde ingedrukt om de auto-cue

ingeschakeld.

 

het zoeken van muziekstukken langer duurt dan

functie uit te schakelen.

 

 

verwacht.

 

 

÷

Als de stille passage tussen twee muziekstukken

 

 

 

langer duurt dan 10 seconden, kan het tweede

 

 

 

muziekstuk pas worden weergegeven wanneer de

 

 

 

auto-cue functie is uitgeschakeld.

 

 

 

 

De bedieningsschijf werkt niet.

÷ De DIGITAL MODE schakelaar staat op ON.

÷ Zet de DIGITAL MODE schakelaar op OFF.

 

 

 

De bedieningsschijf werkt anders dan

÷ De verkeerde bedieningsschijffunctie is

÷ Druk op de JOG MODE toets om de gewenste

verwacht.

 

ingeschakeld.

functie te kiezen.

 

 

 

Back-cueing werkt niet wanneer

÷ Er is geen cue-punt ingesteld.

÷ Stel het gewenste cue-punt in. (Zie blz. 85.)

tijdens weergave op de CUE toets

÷

De DIGITAL MODE schakelaar staat op ON.

÷ Zet de DIGITAL MODE schakelaar op OFF.

wordt gedrukt.

 

 

 

 

 

 

Bij indrukken van de LOOP OUT/OUT

÷ Er is geen cue-punt (d.w.z. beginpunt) ingesteld.

÷ Stel het gewenste cue-punt in. (Zie blz. 85.)

ADJ toets wordt niet met lus-

÷

De DIGITAL MODE schakelaar staat op ON.

÷ Zet de DIGITAL MODE schakelaar op OFF.

weergave begonnen.

 

 

 

 

 

 

Er zijn geen DJ-functies beschikbaar.

÷ De DIGITAL MODE schakelaar staat op ON.

÷ Zet de DIGITAL MODE schakelaar op OFF.

 

 

 

 

Auto-cue of andere instellingen zijn

÷

Het apparaat werd meteen na het maken van de

÷ Wacht na het maken van de instelling

niet in het geheugen vastgelegd.

 

instelling uitgeschakeld.

minimaal 10 seconden voordat u het apparaat

 

 

 

uitschakelt.

 

 

 

De WAVE gegevens zijn niet in het

÷ De gegevens worden pas in het geheugen

÷ Wacht totdat het huidige muziekstuk volledig

geheugen vastgelegd.

 

vastgelegd nadat het huidige muziekstuk is

is afgespeeld.

 

 

afgelopen.

 

 

 

 

 

96<DRB1306>

Du

Page 96
Image 96
Pioneer CMX-3000 operating instructions Verhelpen VAN Storingen, Bijlage