N-16
N-17
Nederlands

ADV 4 – ZONE 2 INSTELLINGEN (ZONE 2

SETTINGS)
Adv 4 - Zone 2 Settings
Max Vol 20-72: 72
Fix Vol: No
Max On Vol 0-72: 20
Zone 1 Standby: Local Only
Zone 2 Standby: Local Only
Local OSD: On
Zone 1 Control: Yes
Access: All
Max Vol 20–72: Beperkt de maximale volume instelling voor zone 2.
Dit is een nuttige eigenschap om het toevallig oversturen van laag-
vermogen luidsprekers tegen te gaan.
Fix Vol: Met deze instelling kan u een keuze maken tussen een vaste en
een variabele audio-uitgang naar zone 2.
Op No ingesteld kan het uitgangsniveau vanuit zone 2 of vanuit
de hoofdinstallatie gecontroleerd worden.
Stel eerst het volume van zone 2 op het gewenste niveau in en kies
nadien Yes indien u het volumeniveau wenst te vergrendelen.
Max On Vol 0–72: Beperkt het maximum volume welke men verkrijgt
in zone 2 als zij voor de eerste keer ingeschakeld wordt. Zone 2 start
op dat volume indien het laatst ingesteld volume (misschien zeer luid)
deze waarde overschrijdt.
Zone 1 Standby: it biedt de mogelijkheid zone 1 (de hoofdzone) in
stand-by te plaatsen, hetzij uitsluitend lokaal of eveneens vanuit zone 2.
Local Only: Uitsluitend zone 1 kan vanuit zone 1 in stand-by
geschakeld worden.
All Off: Beiden zone 1 en zone 2 kunnen vanuit zone 1 in stand-
by geschakeld worden.
NOTA: De instelling voor ‘Zone 1 standby’ wordt enkel gebruikt om
de AV8 in een stand-by modus te plaatsen. Het opnieuw opstarten
van zone 1 is steeds een lokale functie.
Zone 2 Standby: Dit biedt de mogelijkheid zone 2 (de hoofdzone) in
stand-by te plaatsen, hetzij uitsluitend lokaal of eveneens vanuit zone 1.
Local Only: Uitsluitend zone 2 kan vanuit zone 2 in stand-by
geschakeld worden.
All Off: Beiden zone 1 en zone 2 kunnen vanuit zone 2 in stand-
by geschakeld worden.
NOTA: De instelling ‘Zone 2 Standby instelling geldt uitsluitend om
de AV8 in stand-by te plaatsen. Het opnieuw opstarten van zone 2 is
steeds een lokale functie.
Local OSD: Selecteert of de zone 2 OSD aan of uit is.
Op On ingesteld worden alle instellingen die door de gebruiker
tijdens het gebruik van zone 2 uitgevoerd worden, op het
scherm van zone 2 aangeduid. Dit omvat het instellen van
de volumeregeling, het kiezen van de ingangen en de menu-
instellingen. Het is aanbevolen de zone 2 OSD op On te laten
staan daar er geen andere aanduidingsmogelijkheid voor zone 2
bestaat.
Op Off ingesteld worden alle gebruikersinstellingsaanduidingen
uitgeschakeld maar door de MENU toets in te drukken kan men
steeds de controlemenu voor zone 2 bekomen.
Zone 1 Control: Op Yes ingesteld is het mogelijk voor zone 2 de
ingangen te controleren en in te stellen en de gebruikerscontroles te
gebruiken voor de hoofdzone.
Access: Dit fungeert als ‘Ouders controle eenheid. Hiermee kan men
de toegang tot de bronnen voor zone 2 inschakelen of uitschakelen.
Druk de ongewenste brontoets op de afstandsbediening of op het
frontpaneel om deze bron in zone 2 uit te schakelen. Druk opnieuw op
de toets om de bron opnieuw in te schakelen. Toegangbare bronnen
worden op de ‘Access’ lijn van de OSD aangeduid.

ADV 5 – INGANGSINSTELLINGEN (INPUT TRIMS)

Adv 5 - Input Trims
Aux: Reference 2V
DVD: Reference 2V
Sat: Reference 2V
AV: Reference 2V
VCR: Reference 2V
Tape: Reference 2V
CD: Reference 2V
Tuner: Reference 2V
DVD-A: Reference 2V
Ingangsinstellingen: Maakt een instelling van de ingangsgevoeligheid
(in Volts RMS) van de analoge ingangen mogelijk om een optimaal
dynamisch bereik voor elke ingang te bekomen en om een gelijk
klankniveau van de ene ingang ten opzichte van de anderen te
verkrijgen.
Beschikbare instellingen zijn: Low 1V, Reference 2V, Medium 4V, High
8V. Het reference (referentie) niveau zal voor de meeste ingangen het
geschikte zijn.
Controleer eerst om zeker te zijn dat het correcte niveau ingesteld
wordt of alle bronniveaus op Reference 2V ingesteld zijn. Vind een
luid muziekstuk of maak gebruik van een 0dB referentiesignaal vanuit
elke bron. Indien de bron de ‘Analogue CLIP’ aanduiding onderaan
het scherm activeert, pas dan het niveau naar boven aan (4V of
8V) totdat de ‘Analogue CLIP’ aanduiding niet langer oplicht. Herhaal
nadien de instellingsprocedure voor alle andere ingangen en kies
de laagste spanningsinstelling die niet de ‘Analoge CLIP’ aanduiding
activeert. Laat de bron ingesteld op 2V bij twijfelgevallen of indien
geen luid signaal aanwezig is. Indien u over een Cd-speler met HDCD
decodering beschikt zal u in de meeste gevallen de 4V instelling
moeten gebruiken.
Indien een bron zeer stil is ten opzichte van de anderen, dan kan u
het geluidsniveau verhogen door de Low 1V instelling te kiezen. Eens
ingesteld raden wij u aan vanuit deze bron een luid muziekstuk weer te
geven om na te gaan of de ‘Analogue CLIP’ aanduiding niet oplicht.
NOTA: De ‘Analogue CLIP detector wordt uitsluitend in de ‘Input
Trims’ menu geactiveerd en beantwoordt uitsluitend aan de ingang
die door de gehighlight lijn aangeduid wordt.
Als de AUX ingang naar Phono (draaitafel) ingang omgeschakeld wordt,
blijft de gevoeligheidsregeling beschikbaar.
De ‘Input Trims regelingen zijn uitsluitend voor de analoge ingangen
beschikbaar. Zodra men een digitale ingang kiest, worden deze
regelingen overbrugd.