Berglade voor ijs – modellen met verdeler

Verwijderen:

Plaats de schakelaar van de ijsmachine op 0 (off – uit). Trek de lade recht uit en til hem over de stop.

Terugplaatsen:

Druk de lade goed op zijn plaats wanneer u hem opnieuw installeert. Indien hij niet helemaal tot achteraan gaat, moet u hem verwijderen en het aandrijfmechanisme een kwartdraai geven. Duw vervolgens de lade opnieuw in.

Verzuren

Aandrijfmechanisme

Onderhoud en schoonmaak van de koelkast.

Overloopschaal van verdeler.

Schoonmaken van de buitenkant

De overloopschaal onder het rooster moet drooggemaakt worden. Indien in dit gedeelte water blijft staan, kan bezinksel achterblijven. Verwijder het bezinksel door in de ruimte zuivere azijn te gieten. Laat de azijn een tijdje staan totdat het bezinksel verdwenen is of loskomt zodat het kan worden weggespoeld.

Houder van het ijs en water uitlaatstuk (modellen

met een ijs [water] maker). Open aan het begin van de schoonmaakbeurt de deur van het vriesvak gedeeltelijk om te voorkomen dat er tijdens het schoonmaken ijs of water uitkomt. Maak houder schoon met een oplossing van warm water en zuiveringszout (ca. 15 ml zuiveringszout per liter water). Spoel grondig af en veeg af totdat alles droog is.

Handgrepen en versiering van deur. Maak deze schoon met een met zeepwater bevochtigde doek. Droog af met een zachte doek.

Houd de buitenzijde schoon. Veeg de buitenkant af met een schone, lichtjes met een schoonmaakmiddel voor keukenapparatuur of een mild, vloeibaar afwasmiddel bevochtigde doek. Droog af en poets met een schone, zachte doek.

Veeg de koelkast niet schoon met een vuile vaatdoek of een natte handdoek. Er kunnen restanten achterblijven waardoor de verflaag kan verdunnen. Maak geen gebruik van schuursponsen, poedervormige schoonmaakmiddelen, bleekmiddel of bleekmiddel bevattende schoonmaakmiddelen omdat deze producten krassen kunnen veroorzaken en de verflaag kunnen verdunnen.

Schoonmaken van de binnenkant

Plaats in het koel- en het diepvriesgedeelte een open doos zuiveringszout om onaangename geuren te voorkomen.

Trek vóór iedere schoonmaakbeurt de stekker van de koelkast uit het stopcontact. Indien dat praktisch gezien niet mogelijk is, wring dan het overtollige vocht uit de spons of de doek wanneer u de delen rond schakelaars, lampjes of bedieningselementen schoonmaakt.

Gebruik een oplossing van warm water en zuiveringszout (ca. 15 ml zuiveringszout per liter water). Deze oplossing maakt niet alleen schoon, maar verwijdert ook onaangename geuren. Spoel af en veeg alles droog.

Indien u een andere schoonmaakoplossing gebruikt dan wat is aanbevolen (vooral producten met witte spiritus), kan de binnenzijde van de koelkast barsten of beschadigd worden.

Maak geen koude glazen rekken schoon met heet water omdat door het extreme temperatuurverschil het glas kan breken. Wees voorzichtig met glazen rekken. Veiligheidsglas kan uiteenspatten als u ertegen stoot.

Was geen plastic koelkastonderdelen af in de vaatwasmachine.

Het koel/dooi rek is afwasmachine veilig.

229

Page 229
Image 229
GE 21, 23, 25, 27, 29 Onderhoud en schoonmaak van de koelkast, Berglade voor ijs modellen met verdeler

21, 23, 25, 27, 29 specifications

The GE 21, 23, 25, 27, and 29 series of locomotives represent a significant evolution in diesel-electric technology, showcasing General Electric's commitment to innovation and performance in the rail industry. These models, produced from the late 20th century to the early 21st century, are designed to meet a variety of operational needs.

The GE 21, introduced in the early 1990s, was notable for its efficiency and reliability. It utilized a 12-cylinder engine coupled with GE's innovative software systems, allowing for enhanced fuel economy and lower emissions. The locomotive's modular design enabled easy maintenance, which was a significant advantage for rail operators looking to minimize downtime.

Moving to the GE 23, this model offered increased power and improved traction systems, reflecting the industry's demand for stronger and faster trains. With an upgraded traction control system, the GE 23 provided better performance on challenging grades and under various load conditions. Its spacious cab and ergonomic controls also emphasized operator comfort and productivity.

The GE 25 built upon the successes of its predecessors, featuring advanced microprocessor controls and a more robust engine. This model was designed with higher horsepower, making it suitable for heavy freight operations. The GE 25’s aerodynamic design reduced drag, enhancing fuel efficiency during long hauls. Additionally, the locomotive included state-of-the-art diagnostic systems, allowing for real-time monitoring of performance metrics.

In the evolution of these series, the GE 27 introduced even more technological advancements, including improved lightweight materials and enhanced safety features. This model could accommodate various cargo types and was compatible with modern signaling systems, making it versatile for different rail networks. The GE 27 was designed with sustainability in mind, further reducing emissions and adhering to stricter environmental regulations.

Finally, the GE 29 series marked a major leap forward with the integration of cutting-edge digital technology. These locomotives featured predictive maintenance capabilities, allowing operators to foresee potential mechanical issues before they resulted in failures. The GE 29 series also placed a strong emphasis on energy efficiency, incorporating regenerative braking systems that harness energy during braking for reuse.

Overall, the GE 21, 23, 25, 27, and 29 locomotives reflect General Electric’s ability to innovate continually, combining power, efficiency, and advanced technology to meet the changing demands of the rail industry. Each model brought unique features and improvements, ultimately enhancing the performance and reliability of rail freight services.